maandag 21 december 2015

Thema euthanasie



In de dierenartsenpraktijk lijken sommige dagen wel een thema te hebben. Zo zie je weken geen kater met een verstopte urineweg, en dan krijg je er twee na elkaar binnen. Of het is zo'n dag waarop bijna elke oudere kat aan chronisch nierfalen blijkt te lijden.

Zelf had ik laatst een dag waarop ik de ene na de andere patiënten met oorproblemen zag. De stagiaires maakten aan de lopende band kleuringen van ooruitstrijkjes en stonden non-stop de opzetstukjes van de oorkijker te desinfecteren. Aan het eind van de dag had ik zo vaak het riedeltje over oorontsteking afgedraaid, dat ik tegen de assistentes grapte: "Nou ik hoop dat we morgen een ander thema hebben, ik kan geen oorontsteking meer zien!" '

Dat heb ik geweten...

De volgende dag ben ik namelijk nog niet op de helft van mijn ochtendprogramma als ik bezig ben met mijn tweede euthanasie van die dag. De zestienjarige kat heeft een inoperabele tumor van de kaak en gezien zijn leeftijd zien de eigenaren bestraling of chemotherapie niet zitten. Het inslapen van hun dier kwam niet onverwachts, maar dat maakt hun verdriet niet minder. Als ik hun betraande gezichten zie, heb ik echt met ze te doen.

Het middagprogramma van die dag brengt helaas niet veel beters. Tussen de vaccinaties en verstuikte pootjes door laat ik uiteindelijk nog een oudere hond en een ernstig ziek konijn inslapen. Het mag dan wel 'part of the job' zijn, maar zoveel verdrietige mensen op een dag is emotioneel soms best een beetje zwaar.

Tot overmaat van ramp gaat het met een van onze patiënten in de opname die dag zo slecht, dat ik besluit de eigenaar te bellen. Na een uitvoerig gesprek komen we samen tot de conclusie dat het voor de kat beter is als zij wordt ingeslapen. Stiekem wil ik deze dag geen dier meer laten inslapen, maar ik vind in dit geval dat het belang van mijn patiënten zwaarder weegt dan dat van mij.

Als aan het eind van de dag de assistente mij een stapel met euthanasie-kaartjes overhandigt om te tekenen, zeg ik sip: "Dan heb ik toch liever oorontstekingen."


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 14 december 2015

Geluk bij een ongeluk



Met een zucht trek ik mijn steriele handschoenen uit. Het afgelopen half uur ben ik bezig geweest met het hechten van een flinke bijtwond bij de Rhodesian ridgeback Bo. Zijn eigenaar besloot vlak voor het avondeten nog een ommetje met Bo te maken, toen zijn hond met andere hond in gevecht raakte. Het ging er niet bepaald zachtzinnig aan toe, dus belandde het stel op zondagavond bij mij in de kliniek.

De wonden zijn dusdanig ernstig dat ze onder narcose gehecht moeten worden. Maar Bo is bekend met een hartprobleem, wat de narcose toch wat spannender maakt. Tijdens het hechten houd ik de bewakingsmonitor steeds met een schuin oog in de gaten. Maar alles lijkt goed te verlopen.

Als Bo naderhand rustig aan het wakker worden is, ruim ik de door mijzelf veroorzaakte chaos in de kliniek een beetje op terwijl ik constant een oog op Bo houdt. Als de boel redelijk aan kant is, zie ik dat Bo alweer rechtop in zijn hok zit. Ik doe een laatste check en besluit dat hij naar huis mag.

Wanneer ik met Bo de wachtkamer binnenloop, springt zijn eigenaar enthousiast op. "Hij is alweer wakker, dat is mooi!" roept hij verrukt uit. Maar voordat ik kan vertellen dat ik ook heel blij ben dat de narcose, ondanks zijn hartprobleem, goed is verlopen, gaat hij verder: "Ben ik precies op tijd thuis voor Studio Sport!"

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 7 december 2015

Een afwijkende visie


Mevrouw Aalst klink oprecht bezorgd wanneer ik haar aan de lijn heb. "Mijn kat Mimi blijft zo dun dokter. Ze is nu bijna een jaar, maar ze is nog steeds vel over been. Ik weet echt niet meer wat ik moet doen hoor. Zal ik haar misschien maar weer kittenvoer gaan geven?" Ik leg uit dat er misschien wel een medische reden is waarom haar kat zo mager is, en adviseer haar om langs te komen.

Later die dag komt mevrouw Aalst met Mimi op consult. Voordat ik haar de spreekkamer binnenroep, maken mijn hersenen overuren. Wat zou er aan de hand kunnen zijn waardoor een jong dier zo mager is en blijft? 

Mijn verbazing is dan ook groot wanneer Mimi vrolijk haar transportmandje uit stapt. Het is een slanke kat, maar absoluut niet mager. "Kijk dan!" roept haar eigenaresse uit. "Dit is toch zielig, zo dun als ze is.

Wanneer ik de kat op de weegschaal zet, verschijnt een gewicht van vier kilo op het schermpje. Een keurig gewicht lijkt me zo. Als ik Mimi's gewicht in de computer noteer, spiek ik snel even in de patiëntenkaarten van haar andere katten. En dan wordt een hoop duidelijk. 

Want naast Mimi heeft ze nog een Europese korthaar kater genaamd Jack, die 8,3 kg weegt. En haar Siamees Sushi weegt maar liefst negen kilo! Mevrouw van Aalst heeft blijkbaar een totaal verkeerd beeld van wat een gezond gewicht voor een kat is. 

De rest van het consult probeer ik Mimi's eigenaresse ervan te overtuigen dat Mimi niet te mager is, maar dat haar andere katten juist véél te zwaar zijn. Maar of de boodschap is aangekomen, betwijfel ik. Want wanneer mevrouw van Aalst de praktijk uitloopt, hoor ik tegen haar tegen de kat zeggen: "Kom Mimi, we gaan naar huis. Kook ik een visje voor je en krijg jij ook nog een extra portie brokjes vandaag!"

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 23 november 2015

Goedkoop wordt duurkoop



Tijdens een rustige zondagdienst gaat mijn telefoon. Aan de andere kant van de lijn klinkt een zware mannenstem. "Ja, ik zit met een probleempje. Ik heb net de kat van mijn vriendin een pipetje tegen de vlooien gegeven, en nu is hij helemaal aan het schuimbekken en aan het schokken. Wat moet ik nu doen?" Ik vertel hem dat het me het beste lijkt dat hij meteen met de kat naar de praktijk toe komt.

Als hij een kwartier later in de spreekkamer staat, is de kat al wat rustiger maar hij kwijlt en trilt nog steeds hevig. De man vertelt hoe zijn vriendin had gevraagd of hij tijdens vakantie de kat tegen de vlooien wilde behandelen. Maar toen hij dat wilde doen, bleek het doosje met pipetjes leeg te zijn. "Nou zijn die pipetje best duur, en voor onze Maltezer hadden we er nog eentje liggen die tot tien kilogram gaat. Dus ik dacht, dan geef ik gewoon een halve pipet. Leek mij niet echt een probleem. En deze werken ook nog eens tegen de teken!" vertelt hij triomfantelijk.

Terwijl ik een infuus aanleg en de kat medicatie geef om de trillingen te onderdrukken, leg ik uit dat het helaas wél een probleem is. Deze pipetten zijn zeer veilig voor honden, maar katten zijn daarentegen erg gevoelig voor een van de stoffen in dit product. Sterker nog, het is voor hun giftig en er is geen anti-gif beschikbaar.

Tijdens mijn verhaal heeft zijn montere blik plaats gemaakt voor grote angstige ogen. "Maar het komt toch wel goed dokter?" vraagt hij zachtjes. "Anders vermoord mijn vriendin me!" Ik vertel dat we het middel zoveel mogelijk uit de vacht gaan verwijderen en de kat ondersteunend gaan behandelen tot de giftige stof uit het lichaam verdwenen is. Behalve dat -en heel hard duimen- kunnen we op het moment niet veel meer doen.

Twee dagen later is de kat volledig hersteld en mag weer naar huis. De man en zijn vriendin zijn dolgelukkig als ze hun kat gezond en wel terugkrijgen. Maar de rekening is door alle intensieve zorg wel flink opgelopen. Terwijl de man het bedrag afrekent, merkt zijn vriendin smalend op: "Denk dat je goedkoper uit was geweest als je gewoon even nieuwe pipetjes voor de kat had gekocht."

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!



maandag 16 november 2015

Mag het ietsje minder zijn?


Als kat Miesje uit haar mand wordt getild en op mijn behandeltafel wordt gezet, blijft ze lusteloos liggen. "Ja, zo is ze dus al de hele dag. Ik vraag me af of ze eigenlijk wel heeft gegeten." vertelt mijnheer Winkman bezorgd. Meer informatie heeft hij niet, dus ik besluit om met het lichamelijk onderzoek te beginnen. Als ik de pols wil opnemen springt de kat als een wesp gestoken overeind.

Ik draai de kat op haar rug en snap waarom. Aan de binnenkant van haar linker dijbeen zit een grote open wond, en zo te zien zit die er wel een dagje langer dan vandaag. Als ik dit tegen mijnheer Winkman vertel, is hij zichtbaar geschrokken. "Och nee, wat erg! Ik heb het gewoon helemaal niet doorgehad!" roept hij uit. 

Dat verbaast me niets, want ik ken de situatie bij mijnheer Winkman wel een beetje. Het is een aardige maar excentrieke man. Na een grote erfenis heeft hij in een buitengebied een huis gekocht waar hij met zijn vier katten is gaan wonen. Maar het bleef niet bij deze vier katten, er kwamen er steeds meer bij. Van de ene kant omdat hij een zwak voor bijzondere raskatten heeft, aan de andere kant doordat hij ongewenste katten opvangt. 

Omdat het er op een moment zoveel waren dat hij ze niet meer in huis kon houden, bouwde hij op zijn enorme erf het 'Kattenpaleis'. Een apart verblijf met een grote omheinde buitenren waar de katten nu leven. Ik ben er zelf wel eens geweest en eerlijk is eerlijk: het ontbreekt de katten aan niets. 

Maar hoe goed mijnheer Winkman ook voor zijn katten wil zorgen, met meer dan dertig katten is de situatie hem een beetje boven het hoofd gegroeid. Bij het grootste deel zijn de vaccinaties meer dan twee jaar verlopen of zijn de katten zelfs nooit ingeënt. En ook qua gezondheid is hij het overzicht een beetje kwijt, vaak zijn de dieren al wat langer ziek voordat hij het doorheeft. Kat Miesje is hier een goed voorbeeld van. 

Omdat de wond vrij ernstig is, besluit ik dat deze vandaag nog opgeschoond en gesloten moet worden. Tijdens de operatie heb ik het met de assistente over de situatie. "Het is lastig" zeg ik tegen haar. "Van de ene kant zorgt hij heel goed voor de dieren. Ze hebben een prachtig verblijf, krijgen eten en drinken en als er iets aan de hand is, krijgen ze medische zorg. Maar met dat laatste is hij gewoon vaak wat aan de late kant omdat het er teveel zijn om het goed in de gaten te kunnen houden."

Naderhand zet ik het verslag van de operatie in de computer. Als ik in de kaart van mijnheer Winkman door de lijst met alle katten scroll, opzoek naar de kaart van Miesje, zucht ik zachtjes: "Mag het misschien ietsje minder zijn?"

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 9 november 2015

Pups knuffelen



Veel mensen schijnen te denken dat je als dierenarts (of dierenarts-assistente),  je werkdagen vult met het knuffelen van pups en kittens. Maar de werkelijkheid is -helaas- toch ietsje anders. Als het weer eens zo'n dag is waarbij de pus uit de abcessen loopt en de diarree je om de oren vliegt, grappen mijn collega's en ik wel eens tegen elkaar: "Leuk vak hebben wij toch. Gewoon een beetje de hele dag kittens en puppy's knuffelen".

Zo ook laatst op een dinsdagavond. Het was een drukke dag geweest en terwijl ik de laatste administratieve zaken afrond, zorgen de assistentes dat de praktijk weer schoon wordt. Net als alles opgeruimd is en de vloeren geboend zijn, gaat de telefoon.

Ik krijg de bezorgde eigenaresse van een nest Rottweiler pups aan de lijn. In een onbewaakt ogenblik hebben ze een grote doos Merci chocolade van tafel weten te trekken en met z'n allen verorberd. Het enige wat de vrouw nog aantrof waren de plastic wikkels en een verscheurde kartonnen doos.

Chocolade kan giftig zijn voor honden, en omdat onmogelijk te bepalen valt hoeveel elke pup heeft binnengekregen, zit er maar één ding op. Ze moeten naar de praktijk komen zodat we ze kunnen laten braken. Gelukkig woont de eigenaresse niet ver van de praktijk en binnen tien minuten staat ze met het stel op de stoep.

In de paar minuten die ik nodig heb om de doseringen uit te rekenen, hebben twee pups op de net gedweilde vloer gepoept. Een derde doet een plasje op de grond om en vervolgens vrolijk door heen te rennen. De urine-spetters vliegen in het rond.

Alle pups krijgen een injectie met een braakopwekkend middel en worden op een met kranten bekleed stuk vloer van de spreekkamer gezet. Binnen een paar minuten beginnen ze al wat sip te kijken en te kokhalzen. Niet veel later begint de eerste met braken en de rest volgt al snel. Hun braaksel heeft onmiskenbaar de kleur van chocolade.

Terwijl ze bezig zijn komen mijn collega's en ik handen tekort. Uit alle macht proberen we de pups op het beschermde deel van de vloer te houden en zo te voorkomen dat ze hele praktijk onderbraken. Tegelijkertijd doen we verwoede pogingen om te voorkomen dat ze door hun eigen braaksel banjeren of het weer proberen op te eten.

Na tien minuten is alle chocolade eruit en bespreek ik de nazorg-instructies met de eigenaresse. Als ik ondertussen om mij heen kijk, zie ik hoe de spreekkamer in een chaos van braaksel, urine en ontlasting is veranderd.

Terwijl ik mijn verhaal houd, kijkt een van de pups me zo zielig en misselijk aan, dat ik hem van de grond oppak en in mijn armen houdt. Kan ik tóch nog even met een puppy knuffelen.

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


zondag 1 november 2015

Waarom dierenartsassistenten de beste zijn!



Tijdens een nascholingsdag stond ik te praten met een Vlaamse dierenarts en het gesprek kwam op de verschillen tussen diergeneeskunde in Nederland en België. Toen hij vertelde dat veel Belgische dierenartsen zonder paraveterinairen of assistentes werken, viel mijn mond open. "Maar wie houdt dan de boze katten vast bij het bloedprikken? Wie verzorgt de dieren in de opname? Wie neemt de telefoon op?" vroeg ik vol verbazing.

Want ik zal er niet om liegen, stiekem kan ik echt niet zonder paraveterinairen. Tuurlijk, in de dienst red ik me heus wel in mijn eentje, maar er zijn een hoop redenen waarom ik blij ben dat ze er zijn. (Ik weet dat er ook mannelijke paraveterinairen zijn, maar omdat het overgrote deel vrouwelijk is, heb ik in dit artikel even de vrouwelijke vorm aangehouden')

Ze voorkomen dat je wordt opgegeten
Woeste katten, Chihuahua's met klapperende kaakjes of die niet zo gezellig Rottweiler. Het leven van een dierenarts is zeker niet zonder risico's. Maar gelukkig zijn daar de heldhaftige assistentes die -al dan niet gewapend met beschermende handschoenen- er voor zorgen dat ik nog al mijn tien vingers heb.

Ze zijn de koninginnen van het coördineren
"Als Ron nou even jouw afspraken overneemt dan kan jij de röntgenfoto's van die hond met melkkliertumoren maken, zodat Constance die meteen kan gaan opereren als ze terug is van die thuis-euthanasie. En vergeet je niet mevrouw van der Laan nog even terug te bellen en die twee urine-sedimentjes te bekijken?"

Ze laten zich niet afschrikken door bloed, ontlasting of pus
Ze blijven stoïcijns doorkletsen als jij dat enorme abces openmaakt en de pus in golven over de tafel stroomt. Doen gewoon rustig een stapje opzij als je tijdens een operatie per ongeluk een slagadertje raakt en het bloed precies richting hun gezicht spuit. En poetsen geduldig de wachtkamer voor de vijfde keer die dag schoon als er weer eens een diarree-epidemie heerst.

Ze lijken over telepathische gaven te beschikken
Zou je het lab even willen bellen waar de uitslag van Bobbie de Vries blijft?
- Al gedaan!

Oh, ik moet nog röntgenfoto's doorsturen naar de specialist.
- Zijn al verstuurd!

We krijgen straks nog die plaskater, wil jij alvast alle spullen klaarleggen?
- Staan al kaar!

Ze laten zich niet van hun stuk brengen door onaardige mensen
Eigenaren die boos worden omdat ze niet 'zomaar' een antibiotica kuurtje kunnen ophalen. Mensen die een tirade tegen hen houden over de kosten terwijl ze er zelf geen enkele invloed op hebben. Eigenaren die om onduidelijke redenen verwachten dat ze een voorkeursbehandeling krijgen. Ze staan ze allemaal vriendelijk en geduldig te woord.

Ze doen net dat stapje extra voor de patiënten in de opname
Die kat waarvan je je afvraagt waarom hij niet eet terwijl er niets afwijkends te vinden is. Die krijgen zij met lieve woordjes, engelengeduld, en een dikke portie 'tender, love and care' toch zover dat hij een paar hapjes eet. Voor die zieke puppy maken ze een extra kruikje en ze zorgen ervoor dat de kat na zijn pootamputatie het comfortabelste mandje krijgt.

Maar ze zorgen ook heel goed voor de dierenartsen
Als de vrijdag-chaos weer eens is losgebroken en je niet kan herinneren wanneer je voor het laatst iets gegeten of gedronken hebt, krijg je opeens een kop thee toegeschoven. Mét een scheutje koud water erin, zodat je 'm direct op kan drinken. En wanneer je licht in je hoofd begint te raken omdat door een spoedgeval de lunch er totaal bij ingeschoten is, toveren ze uit hun geheime voorraad wat koekjes tevoorschijn om je nog even op de been te houden.

Kortom, ik kan niet zonder ze!

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!





maandag 26 oktober 2015

Een belangrijke vraag



Het is vrijdagnacht wanneer ik plots uit een diepe slaap wordt gerukt. Gedesoriënteerd kijk ik om me heen en besef dat het mijn dienst-telefoon is die me gewekt heeft. Terwijl ik opneem probeer ik op mijn wekker te ontcijferen hoe laat het is, wat niet erg gemakkelijk gaat zo zonder lenzen. Als ik zie dat het drie uur 's nachts is, zit ik direct rechtop in bed. Wanneer mensen op dit tijdstip bellen belooft dat meestal niet veel goeds.

Als ik heb opgenomen, hoor ik aan de andere kant van de lijn veel achtergrondgeruis. Pratende mensen, schreeuwende mensen, het klinkt erg onrustig. Zou er een hond zijn aangereden en hoor ik de omstanders? Dan besef ik pas dat ik naast stemmen ook muziek hoor, dus het moet toch ergens binnen zijn.

Aan de andere kant van de lijn klinkt een mannenstem. "Hee! Spreek ik met de dierenarts?" vraagt hij op een jolige toon. Ik bevestig dat ik de dienstdoend dierenarts ben, en verbaas me over het feit dat hij zo onbezorgd klinkt. "Mooi zo! Want we hebben hier een beetje een probleempje." Verbeeld ik het me nou, of klinkt hij een beetje beschonken? Net als ik hem wil vragen wat er aan de hand is, gaat hij verder: "Kijk het zit namelijk zo, ik zit hier met een paar maten biertjes te drinken en we hebben een discussie of katers nou óók tepels hebben. Dus ik dacht: We bellen effe de dierenarts, die weet dat vast."

Natuurlijk had ik hem moeten vertellen dat het te zot voor woorden is om midden in de nacht iemand hiervoor wakker te bellen. En dat je dit soort dingen ook prima kunt Googlen. Ik had zijn gegevens moeten vragen om een pittige rekening voor dit 'nachtconsult' te sturen.

Maar ik ben zo verbouwereerd door de situatie dat ik alleen maar "Ja" kan antwoorden, en verbaasd weer ophang.

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!

maandag 19 oktober 2015

Oeps...


Alle begin is moeilijk, ook als dierenarts. Voor iets relatief simpel zoals de jaarlijkse gezondheidscheck en vaccinatie draai ik nu mijn hand niet meer om. Maar toen ik pas net begonnen was, was zelfs zoiets niet altijd even makkelijk. Je moet immers tegelijkertijd een goed lichamelijk onderzoek uitvoeren, zorgen dat het dier niet van tafel springt, bepalen welke vaccinatie je moet geven en een beetje gezellig met de eigenaar kletsen.

En op dat laatste punt ging het in mijn eerste half jaar als dierenarts een beetje mis. De twee honden die voor hun vaccinatie kwamen, waren namelijk zó hyperactief dat het me redelijk wat moeite kostte om ze goed te onderzoeken. Luid blaffend stuiterden ze werkelijk alle kanten op. Omdat de eigenaar wat nors het tafereel bekeek, probeerde ik het ijs te breken met een ongecompliceerd gesprekje. Toen bleek dat de twee honden allebei even oud waren, floepte ik eruit: "Oh leuk, komen ze uit hetzelfde nest?" Waarop de eigenaar nog norser antwoordde dat dat vrij onmogelijk was.

Ik bekeek de honden nog eens goed en kon wel door de grond zakken... Want ondanks dat de twee honden van dezelfde leeftijd, vachtkleur en formaat waren, waren ze vrij duidelijk allebei van een ander ras.


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!



maandag 12 oktober 2015

Ontevreden


Als mevrouw van Loenen de spreekkamer binnenkomt met haar labrador Bente, bekruipt me direct een vreemd gevoel wat ik niet helemaal kan plaatsen. Meestal als ik bij eigenaren een slechte 'vibe' heb, dan komt dat omdat er in het verleden een keer iets vervelends is voorgevallen. Bijvoorbeeld wanneer mensen erg boos zijn geworden omdat ze niet 'zomaar' antibiotica mochten ophalen.

Maar omdat het consult heel prettig verloopt, besluit ik geen aandacht te besteden aan dit rare onderbuikgevoel en ga door met het onderzoek van Bente. Gelukkig blijkt de dikte die mevrouw had gevoeld een vetbult te zijn, en zichtbaar opgelucht lijnt ze haar hond weer aan.

Voordat ze de spreekkamer verlaat, vraagt ze me of ze een extra doosje pijnstillers mee kan krijgen. Labrador Bente is inmiddels al redelijk op leeftijd en krijgt deze medicatie vanwege haar artrose. Als ze vertelt dat ze graag wat extra tabletten op voorraad heeft omdat het best een stukje rijden is naar de praktijk, vertel ik dat ze de medicatie ook op onze andere vestiging kan halen. Aan haar postcode te zien, ligt die op loopafstand.

Maar mevrouw van Loenen reageert op mijn voorstel alsof door een wesp gestoken. "Nee!" briest ze. "Daar ga ik niet meer heen! Ik vind die mensen die daar werken echt he-le-maal niets!". Net als ik wil uitleggen dat al mijn collega's (inclusief mijzelf) op beide vestigingen werken, gaat er een lampje branden.

Ineens herken ik haar en snap ik mijn vreemde gevoel bij deze mevrouw. Want, alhoewel het alweer een tijdje geleden is,  kan ik me haar laatste bezoek op de andere vestiging nog goed voor de geest halen. De enting van Bente was toen flink verlopen, maar op mijn advies om de enting op te volgen met een herhalingsvaccinatie voor goede bescherming, sprong ze zo ongeveer uit haar vel. Ik ben niet zo snel onder de indruk, maar toen ze na haar heftige tirade het pand uit stampte waren de assistente en ik er helemaal beduusd van. Zij heeft mij nu blijkbaar niet herkend, want ze babbelt vrolijk verder over het feit dat ik veel aardiger en competenter ben dan 'die lui die daar werken'.

Ik besluit om wijselijk mijn mond te houden.

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!

zondag 4 oktober 2015

Auw!



Na een lange dag sta ik op het punt om naar huis te gaan als de assistente me gebaart even te wachten. "Mique, ik heb een stel aan de lijn die een teek niet bij hun hond verwijderd krijgen. Ze wonen hier in de straat en kunnen er binnen vijf minuten zijn. Wil jij nog even wachten?"

Ik antwoord dat het geen probleem is en wacht nog even met het uittrekken van mijn witte jas. Enkele minuten later gaat de bel en komt een ongerust kijkend koppel met de jonge Boomer Gijs binnen. Verontschuldigend vertellen ze me dat dit hun eerste hond is en ze heel bezorgd zijn om de teek die ze op de buik van hun hond hebben gezien. Maar door alle haren, en het feit dat het hondje niet bepaald stil ligt, is ze het niet gelukt om de teek zelf weg te halen. 

Als ik het vrolijk spartelende hondje samen met de assistente op zijn rug leg, vraag ik de eigenaren om me te laten zien waar ze de teek hebben gezien. Na wat gezoek tussen de haren wijzen ze: "Daar! Daar zit hij!

Na een blik op de 'teek' is het voor mij compleet duidelijk waarom ze hem niet verwijderd kregen. Het is namelijk helemaal geen teek maar een tepeltje. Als ik dat voorzichtig aan hun vertel, zie ik ze wat bleek wegtrekken. "Oh een tepeltje, ja... die hebben mannetjes ook ja." stamelt de vrouw bedremmeld. 

Als ik zie hoe schuldbewust ze kijken, heb ik niet alleen een beetje medelijden met Gijs, maar ook met zijn baasjes. 

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!

maandag 28 september 2015

Bezorgd



10.00
"Hallo met mevrouw de Heere, ik heb mijn kat Lily een uurtje geleden bij jullie gebracht omdat ze niet wilde eten en ik was benieuwd hoe het nu met haar is."

- "Nou om eerlijk te zijn is de situatie nog niet heel erg veranderd sinds een uur geleden. Ze heeft medicatie tegen de misselijkheid gekregen en de assistentes voeren haar bij. We hopen dat ze snel weer zelf start met eten en naar huis mag."


11.30
"Met mevrouw de Heere, ik was benieuwd hoe het met Lily is. Gaat het al beter?"

- "Meestal zien we niet binnen enkele uren al verbetering wanneer een kat ziek is en niet wil eten. Maar ze zit rustig in haar hokje en de situatie gaat in ieder geval niet achteruit. Ook laat ze het bijvoeren door de assistentes goed toe maar eet ze nog niet zelf."


12.15
"Dag, u spreekt weer met mevrouw de Heere. Ik zat me af te vragen: werkt de medicatie tegen de misselijkheid die u aan Lily heeft gegeven al? Gaat het al beter met haar?"

- "Nee, ze heeft nog niet zelf gegeten. Maar soms duurt het even voordat medicatie effect heeft en katten zich weer goed genoeg om zelf te beginnen met eten. Maar als u erg bezorgd bent en wilt weten hoe het met Lily gaat mag u best nog even om half zes bellen hoor."


14.00
"Met mevrouw de Heere nog even. Ik was nog niet gebeld over of het beter ging met Lily."

- "Oh sorry mevrouw misschien is er iets misgegaan in de communicatie, maar u mag om half zes even bellen hoe het met haar gaat. Dus om half zes vanavond. Ja? Okee, belt u dan nog maar even dan kunnen we u even bijpraten hoe het met haar gaat.


14.15
"Moest ik nou om vier uur of om vijf uur bellen over Lily?"

- "Nou het handigste is als u om half 6 belt, dan hebben we onze patiëntronde afgerond en kunnen we u goed informeren hoe het met Lily gaat."


16.00
"Met mevrouw de Heere van Lily. Ik wilde toch even weten of Lily niet in levensgevaar is. Ze gaat toch niet dood toch?"

- "Nee mevrouw de Heere, ze is stabiel en het ziet er absoluut niet uit dat ze in levensgevaar is. Maar katten die niet eten kunnen snel in een negatieve spiraal komen. Daarom voeren de assistentes haar nu bij. Dat laat ze goed toe en houdt het voer ook goed binnen."

"Dus ze gaat niet dood aan K?"

- "Dat lijkt me zeer onwaarschijnlijk. Maar we spreken elkaar weer even als u om half zes belt. Dan geef ik u de laatste stand van zaken door."


17.00
"Ja u spreekt weer met mevrouw de Heere. Ik mocht nu bellen hoe het met Lily is."

-  "..."

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 21 september 2015

De kenner


Het is een zondag en ik ben naar de praktijk gekomen voor een kat waarmee het niet goed zou gaan. Hoewel de eigenaar nog vrij laconiek klonk vond ik de situatie die hij aan de telefoon beschreef dusdanig verontrustend dat ik besloot om ze direct naar de praktijk te laten komen.

Als de kat uit het transportmandje wordt getild ben ik blij dat ik ze niet pas later die middag heb afgesproken want het ziet er niet best uit. Niet alleen ligt de kat als een dweil in haar mandje, ze heeft ook een te snelle ademhaling en heeft onderweg meerdere keren gebraakt.

Na het lichamelijk onderzoek besluit ik dat verder bloedonderzoek nodig is. Ondanks dat ik op dat moment geen assistente tot mijn beschikking heb, is het bloedprikken zo gebeurd. De kat lijkt geen fut te hebben om zich te verzetten.

Ik vermoed dat er wel eens een vergiftiging in het spel kan zijn. Dus terwijl het bloedonderzoek loopt vraag ik de eigenaar het hemd van het lijf over gevaarlijke stoffen die de kat binnengekregen kan hebben. Maar volgens de eigenaar is het onmogelijk dat de kat daar toegang tot heeft gehad.

Ik twijfel aan mezelf, zou het dan tóch iets anders zijn? Voor de zekerheid vraag ik nogmaals of er de afgelopen paar dagen helemaal niets raars aan de kat op te merken viel. De eigenaar schudt zijn hoofd maar zegt dan: "Nou... nu je het zo vraagt. Ze leek gisteren een beetje koortsig." Ik wil mijn mond opendoen om hier meer over te vragen als hij zelfverzekerd vervolgt: "Dus ik heb haar wat paracetamol gegeven. Ben zelf apotheker dus heb gewoon de dosering per kilogram voor kinderen aangehouden, leek me wel prima aangezien het een volwassen kat is."

Ik moet even tot drie tellen om mezelf te kalmeren. Deze mijnheer mag dan wel apotheker zijn, maar dat maakt hem helaas nog geen dierenarts. Anders had hij wel geweten dat katten paracetamol niet goed kunnen afbreken en dit zelfs in lage doseringen al extreem giftig kan zijn.

Terwijl ik de spullen voor de behandeling bij elkaar verzamel denk ik: "Schoenmaker, blijf toch bij je leest."

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!



maandag 7 september 2015

Fascinerend



"Ik ben hier voor zijn fascinaties." sprak mevrouw de Boer terwijl ze naar haar hond wees. 

Het duurde een moment voordat ik begreep dat haar hond geen rare obsessies had, maar dat ze hem gewoon wilde laten enten. 


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!

maandag 31 augustus 2015

Transportmiddelen


Toen ik zeventien was, werd mijn cavia ziek terwijl mijn ouders op vakantie waren. Ik was erg bezorgd en gelukkig kon ik diezelfde dag nog bij de dierenarts terecht. Maar tien minuten voordat ik naar de praktijk wilde vertrekken, realiseerde ik me dat ik niets had om mijn cavia in te vervoeren. Na een een grondige zoektocht door onze woning moest ik concluderen dat in het hele huis nog geen oude schoenendoos te vinden was. Laat staan zo'n speciaal transportmandje voor knaagdieren. Aangezien ik alleen een fiets tot mijn beschikking had, was de kooi in zijn geheel meenemen ook niet echt een optie.

Dus zo gebeurde het dat ik uiteindelijk de zachtste handdoek die ik kon vinden in een van mijn handtassen deed, en met de cavia in mijn tas uiterst voorzichtig naar de dierenarts toe fietste. Zelf schaamde ik me een beetje, maar de dierenarts leek niet eens verbaasd toen ik in de spreekkamer de cavia uit mijn handtas haalde.

Nu ik ondertussen zelf al een aantal jaar dierenarts ben, begrijp ik wel waarom. Regelmatig zie ik namelijk dieren in de meest uiteenlopende voorwerpen naar de dierenartsenpraktijk vervoerd worden. Verhuisdozen, wasmanden, dichtgetapete kattenbakken, sporttassen of de voerton waar normaal de hondenbrokken in bewaard worden. Ik kijk niet snel meer ergens van op.

Hoewel ik toch wel een beetje verbaasd was toen mensen hun kat in een Samsonite rolkoffertje naar de praktijk hadden meegenomen. Toen bleek dat de kat tijdens de reis de -niet verwijderbare- binnenvoering compleet had ondergeplast, kwamen zijzelf ook tot de conclusie dat dit misschien niet de beste methode was.

Of die keer dat een mevrouw langskwam omdat een van haar pasgeboren pups ziek was. Toen ze de spreekkamer binnenstapte was ik lichtelijk verbaasd. De vrouw was in haar eentje en de pup was nergens te bekennen. Ze had 'm toch wel meegenomen? Het raadsel werd opgelost toen deze dame haar hand in haar vrij forse decolete liet verdwijnen en vervolgens daar de pup vandaan toverde. Terwijl ik het tafereel met open mond aanschouwde, verklaarde ze zich: "Ja, ik moest met de brommer komen en zo blijft hij tenminste lekker warm."


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!

maandag 24 augustus 2015

Nu we er toch zijn...


Wanneer ik bij mijn huisarts zit voor de update van mijn tetanus-vaccinatie, valt mijn oog op de briefjes die her en der in de wachtkamer zijn opgehangen. "Slechts 1 klacht per consult!" snauwen ze me vanaf de muur toe.

Het verbaast me eerlijk gezegd, als dierenarts behandel ik regelmatig meerdere klachten of vragen per consult. Komt je hond voor oorontsteking en wil je toch even naar dat bultje laten kijken? Geen probleem. Is je konijn net gevaccineerd en wil je graag even de nageltjes geknipt hebben? Doen we!

Maar... wanneer er meerdere bespreekpunten zijn, is het wél handig als dat bij het maken van de afspraak even wordt doorgegeven. Dan kunnen wij er namelijk ook rekening mee houden.

Elke dierenarts kent namelijk wel de situatie waarbij het consult eigenlijk al is afgerond. De hond is van de tafel getild en weer aangelijnd. De kat zit in het mandje dat we met moeite weer in elkaar gezet hebben. Je hebt de eigenaren een hand gegeven en gedag gezegd. En dan, nét als ze bijna de spreekkamer uitlopen, houden ze opeens halt, draaien zich weer om en zeggen: "Oh ja, nu we er toch zijn. Zou u toch ook nog even willen kijken naar zijn anaalklieren/de oren/of ze vlooien heeft?

Stiekem slaak je een zucht, maar je glimlacht en zegt: "Natuurlijk". Terwijl je de hond weer op de tafel tilt of het katje uit het mandje haalt, zie je de complete planning in de soep lopen. Mag je straks aan de mopperende mensen in de wachtkamer uitleggen waarom alles zo uitgelopen is.

Of wanneer mensen een afspraak voor enkel de enting hebben gemaakt maar de vraag "Hoe gaat het?" beantwoorden met het tevoorschijn halen van een enorme lijst met bespreekpunten. Of ik even wil kijken naar de linker voorpoot én de rechter achterpoot, want daar loopt ze toch al een een paar maanden mank mee. En ze schudt al twee weken met haar hoofd, zou ze last van haar oren hebben? Trouwens, ze heeft ook op vier verschillende plekken bulten, het is toch geen kanker dokter?
Je vraagt je af hoe je al deze vragen gaat beantwoorden in de tijd die slechts voor een enting en algemene gezondheidscheck staat gepland. Tenzij je Superwoman bent, wordt dat namelijk wel wat lastig.

Geen probleem wanneer je meerdere problemen van je huisdier wilt bespreken, maar laat het van te voren even weten. Dan plannen wij meer tijd in en krijgt je dier alle tijd en aandacht die het verdient. Hoeven we in de toekomst niet ook van die venijnige briefjes in de wachtkamer op te hangen ;).

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!



maandag 17 augustus 2015

Écht niet, hoor!



Een beetje nerveus staat Pluto, een lieve Amerikaanse Cocker Spaniel, op mijn behandeltafel. Ik heb hem de afgelopen tijd een aantal keer gezien vanwege de aanhoudende jeuk waar hij last van heeft. Nu staat hij sinds een aantal weken op een speciaal dieet om uit te sluiten dat hij een voedselallergie heeft. Voor een betrouwbaar resultaat is het belangrijk dat hij enkel dit dieet krijgt en absoluut niets anders. Maar tot nu toe lijkt het weinig effect te sorteren. Het is nog te kort dag om definitieve conclusies te trekken, maar ik wil in ieder geval uitsluiten dat er niets mis gaat.

"Dus hij krijgt naast zijn speciale dieet verder helemaal niets? Geen vitamine-preparaten of ontwormingstabletten met een lekker smaakje? Is er misschien een buurvrouw of iemand anders die Pluto af en toe iets lekkers toestopt? Komen er kleine kinderen over de vloer die misschien eten op de grond laten vallen? 

Terwijl mevrouw de Wit luidkeels op haar kauwgom kauwt beantwoord ze al mijn vragen met 'nee'. Ik besluit dat we de laatste paar weken volmaken, mocht het dieet dan nog steeds geen verbetering gegeven hebben, gaan we testen op andere typen allergieën.

Ik bespreek mijn plan met mevrouw de Wit en til Pluto van tafel. Blij dat hij weer vaste grond onder zijn voeten heeft, dartelt hij naar zijn eigenaresse toe. Op het moment dat ik me omdraai naar de computer om alles te noteren, zie ik vanuit een ooghoek nog net hoe ze een koekje uit onze koekjespot pakt en deze aan haar hond geeft.

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!

maandag 10 augustus 2015

Dikke tranen


Net voordat ik de volgende afspraak wil binnenroepen houdt assistente Mariëtte me tegen. "Officieel is mevrouw de Zwart met haar kat nu aan de beurt, maar misschien kun je eerst de afspraak van daarna doen. Het gaan om drie zieke konijntjes, eentje is volgens mij al dood en bij de andere twee scheelt het vrees ik niet veel."

Nadat ik de deur naar de wachtkamer heb geopend, heb ik ze al snel tussen de wachtende mensen ontdekt. In een hoek zitten een moeder en dochter met betraande gezichten en een kartonnen doos op schoot. Omdat beiden hardop zitten te snikken vinden de andere wachtenden het geen probleem om ze even voor te laten. De mevrouw die eigenlijk aan de beurt was fluistert het tweetal nog bemoedigend "Sterkte" toe. 

Eenmaal binnen in de spreekkamer werp ik een blik in de kartonnen doos. Mariëtte had het goed ingeschat, een van de konijntjes ligt al levenloos op zijn zij. De andere twee zijn in een vergevorderd stadium van doodgaan. Ik zie in een oogopslag dat ik deze twee niet meer ga redden, maar voor de vorm doe ik nog een lichamelijk onderzoek om me vervolgens tot de vrouw en haar dochter te richten. 

Ik leg uit dat ik de twee overgebleven konijntjes niet meer kan genezen en dat inslapen de meest humane optie is. Tussen de steeds luider wordende snikken door geeft de vrouw mij akkoord en ik bereid de spullen voor. De ijselijke gil die ze vervolgens slaakt wanneer ik de konijntjes een injectie met het euthanasie-middel geeft, had van mij niet gehoeven, maar desalniettemin heb ik erg met ze te doen. 

Zeker wanneer de vrouw later vertelt dat de konijntjes hun eerste huisdieren waren. Wekenlang hadden ze zich ingelezen in de verzorging en alles nauwgezet voorbereid voor de komst van de beestjes. De afspraak voor hun eerste vaccinatie stond al bij ons gepland. Vier dagen geleden hadden ze het drietal opgehaald. Al die tijd hadden ze blij door hun hok gehuppeld en goed gegeten. En nu waren ze plotseling dood. 

"Wat hebben we fout gedaan? Wat hebben we toch verkeerd gedaan?" jammert de vrouw zachtjes. Ik leg uit dat de konijntjes waarschijnlijk een ernstig virus hebben opgelopen. Degene waartegen ze binnenkort gevaccineerd zouden worden. Nadat ik meerdere keren heb benadrukt dat de dood van de konijntjes echt niet door gebrekkige verzorging kwam of op een andere manier hun te verwijten valt, bedaren ze een beetje. 

Wanneer moeder en dochter naar huis vertrekken, zegt ze nog zachtjes snikkend: "We nemen nooit meer huisdieren." Ergens kan ik haar wel begrijpen, dit was wel een erg ongelukkige eerste ervaring met het hebben van huisdieren. En met de dierenarts...



Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook!

maandag 3 augustus 2015

Het heerlijke kattenleven?


Als ik samen met een collega naar de parkeerplaats loop, zien we een van de buurkatten lui in de zon liggen. Als ik zie hoe het beestje heerlijk op zijn rug ligt en van het weer geniet, verzucht ik: "Oh wat moet het toch heerlijk zijn om een kat te zijn."

"Ja, dat zeggen mensen wel vaker." antwoordt mijn collega, "Maar ik vraag het me soms af hoor. Als je bedenkt hoe vaak wij katten zien die pijn hebben door artrose of een slecht gebit, maar die niet behandeld worden omdat de eigenaar niet opmerkt dat ze pijn hebben. Dan vraag ik me af hoe leuk het eigenlijk is om een kat te zijn."

Ik laat haar woorden even op me inwerken en besef me dan dat ze een punt heeft. En dat dit niet alleen voor katten, maar voor alle huisdieren geldt. Regelmatig zie ik namelijk dieren die, zonder dat hun eigenaar het door heeft, dagelijks pijn hebben.

Want in sommige gevallen is pijn bij je dier goed te herkennen. Als je huisdier jankt, kermt of schreeuwt, zullen de meeste baasjes wel snappen dat hun dier pijn heeft. Daarnaast zijn er natuurlijk ook situaties waarbij je je als eigenaar kan voorstellen dat je dier pijn heeft. Bijvoorbeeld als je kat net van het balkon gevallen is en op drie poten rondhinkt, of wanneer je hond flink door een andere hond is gebeten.

Maar helaas zijn er nog best een hoop situaties waarvan ik merk dat eigenaren niet altijd doorhebben dat hun dier pijn heeft. De keren dat ik mensen ervan moest overtuigen dat hun kreupele hond écht pijn had, ondanks dat hij niet jankte of piepte, kan ik helaas niet meer op twee handen te tellen. En als ik een euro kreeg voor elke keer dat ik moest uitleggen dat een kat die nog zijn brokjes eet, heus wel pijn aan zijn gebit kan hebben, dan had ik ondertussen een leuke strandvakantie bij elkaar gespaard.

Maar ik wil niet bitter of cynisch zijn. Ik geloof echt dat veel mensen oprecht van hun kat houden maar gewoon niet weten dat hun oudere poes veel ligt te slapen omdat ze gewrichtspijn heeft. Het is ook vaak onwetendheid dat mensen niet beseffen dat hun hond, ondanks dat hij zijn bak elke dag leeg eet, wel degelijk pijnlijke tanden en kiezen kan hebben.

Na deze overpeinzingen kijk ik naar mijn collega en zeg: "Nou, ik denk dat we hebben nog een hoop te doen op het gebied van voorlichting hé." Ze knikt.

Ondertussen is de buurkat overeind gekomen en springt soepel over een hekje van een meter hoog. Ik geloof dat ik me om hem voorlopig niet al te druk hoef te maken.


Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook

maandag 27 juli 2015

Ver weg en dichtbij


Wanneer de jongen met het kattenmandje mijn spreekkamer binnenkomt, valt me gelijk op dat hij niet op zijn gemak is. Ondanks zijn brede lichaamsbouw en stoere kleding heeft hij de uitstraling van een bibberende Chihuahua. Nu maak ik wel vaker mee dat eigenaren zenuwachtig zijn, maar zijn kat Jip komt enkel voor een gezondheidscheck en een vaccinatie. Dat is meestal niet iets om erg bezorgd om te zijn. Als ik vraag of Jip nog problemen heeft, geeft hij ook aan dat er niets aan de hand is.

Tijdens het consult staat de jongen steeds ruim een meter van de behandeltafel verwijderd. Hoewel hij eruit ziet alsof hij nog het liefste in de verste hoek van de spreekkamer was weggekropen. Kater Jip daarentegen is vrij relaxed en kijkt nieuwsgierig om zich heen. 

Van de ene kant heb ik een beetje met de jongen te doen, maar aan de andere kant merk ik dat zijn gedrag me ook een klein beetje irriteert. Is hij nou bang voor zijn eigen kat of te beroerd om even te helpen? Het zou namelijk wel handig zijn als hij af toe Jip even zou vasthouden om te voorkomen dat de kat van de tafel springt.

Als ik vraag om Jip toch éven vast te houden zodat ik de vaccinatie kan klaarmaken, komt hij met zichtbare tegenzin wat dichterbij staan. Ongemakkelijk houdt hij de kat vast. Als ik vervolgens de injectie wil geven blijkt waarom. Als door een wesp gesproken springt hij achteruit. "Ik hou niet zo van naalden" piept hij met een stem die absoluut niet past bij zijn stoere voorkomen. Kat Jip ziet op dat moment zijn kans schoon om de boel eens te gaan verkennen en springt met een soepele sprong van de tafel. 

Ik moet mezelf dwingen om niet hardop te zuchten wanneer ik de kat onder het bureau in de spreekkamer vandaan pluk en vervolgens op zoek ga naar een assistente die even de kat voor mij vast wil houden. Als de jongen en Jip weer buiten staan zeg ik tegen mijn collega: "Nou ik hoop dat de volgende eigenaar wel zijn eigen kat durft vast te houden, want anders heb ik zo weer je hulp nodig."

Ze zeggen wel eens: "Be careful what you wish for." Want inderdaad, de volgende eigenaar vindt het geen enkel probleem om haar kat Ginger even vast te houden. In tegendeel. Tijdens het hele onderzoek heeft ze het diertje in een soort innige omhelzing vast, wat het uitvoeren van het lichamelijk onderzoek ongeveer onmogelijk maakt. Wanneer ik Ginger op de weegschaal wil zetten, moet ik het beestje eerst uit haar houdgreep ontfutselen. Bij de drie passen die ik naar de weegschaal zet, wijkt ze geen seconde van mijn (of Gingers?) zijde en staat ongemakkelijk dicht tegen me aan. Onze spreekkamers zijn vrij ruim, maar het voelt opeens enorm claustrofobisch.

De assistente van zojuist is halverwege het consult de spreekkamer binnen komen lopen en slaat het tafereel gaande. Als de eigenaresse van Ginger het pand heeft verlaten en ik me nog sta te verbazen over het enorme contrast tussen deze twee eigenaren zegt ze plagerig: "Hahaha Mique, het is ook nooit goed hé!"

Nooit meer een blog missen? Volg me via Facebook

maandag 20 juli 2015

Rillen

Regelmatig heb ik een avond- of een weekenddienst. De praktijk is dan officieel gesloten, maar we zijn wel bereikbaar voor spoedgevallen. Bij een vorige baan woonde ik zo ver weg van de kliniek dat het handiger was om daar te blijven slapen. Tegenwoordig woon ik gelukkig dichter bij de praktijk waardoor ik niet continue daar aanwezig hoef te zijn, maar tussendoor naar thuis kan. Als er een spoedgeval is, spring ik in de auto en ben ik in no-time op de praktijk.

Naast het feit dat ik lekker dichtbij de praktijk woon, prijs ik mijzelf ook regelmatig gelukkig dat ik leef in het tijdperk waarin er mobiele telefoons bestaan. Hierdoor hoef ik niet thuis naast de telefoon te bivakeren, maar kan ik ook gewoon even naar de supermarkt. Of zelfs een terrasje pikken als het een rustige dienst is. Want mijn vrienden weten ondertussen wel dat het kan gebeuren dat ik opeens gebeld wordt, mijn colaatje in één slok achterover moet slaan om vervolgens snel naar de praktijk te racen.

Het is ook eens gebeurd dat ik halverwege mijn zaterdagse boodschappen werd gebeld door de dierenambulance in verband met een aangereden kat. Alle boodschappen terugleggen zou te lang duren, dus de enige andere optie was om mijn boodschappen bij de cassière te stallen en later die middag terug te komen.

Want al geeft de mobiele telefoon mij tijdens zo'n weekenddienst een hoop vrijheid, je moet er nog steeds rekening mee houden dat je elk moment gebeld kan worden. En dat kan zijn als je net een portie bitterballen hebt besteld op het terras, maar ook op nog onhandigere momenten.

Zo gebeurde het afgelopen winter dat ik drie keer in een relatief korte periode werd gebeld terwijl ik onder de douche stond. Misschien zijn er dan dierenartsen die dan denken: "Ach, als het echt belangrijk is dan bellen ze wel terug" maar ik kan dat niet. Dus daar sta je dan, met druipend haar en een snel omgeslagen handdoekje in een koude galmende badkamer. Hopend dat degene aan de andere kant van de lijn het niet doorheeft.

Wil je geen blog missen? Volg me dan via Facebook!



maandag 13 juli 2015

Alle hens aan dek!



In mijn eerste jaar van de studie Diergeneeskunde liep ik een weekje stage in een dierenartsenpraktijk in Rotterdam. Een echte stage mocht je het door de korte duur eigenlijk niet noemen, het was vooral een weekje meekijken in de praktijk. Daarnaast heb je als eerstejaars natuurlijk ook nog niet de kennis of de vaardigheden om echt dingen te kunnen doen. Maar toch kreeg ik in deze stage toch de gelegenheid om toch flink de handen uit de mouwen te steken...

Op donderdagmiddag merkte ik opeens aan het personeel dat er iets aan de hand was. Door het gebruik aan vaktermen begreep ik het niet echt, maar ik had wel door dat er iets stond te gebeuren. Het bleek uiteindelijk te gaan om een teef waarbij de bevalling maar niet op schoot waardoor er een spoed-keizersnede uitgevoerd moest worden. 

Op een röntgenfoto die al op een eerder moment gemaakt was, was gezien dat ze drachtig was van elf pups. Drie waren er al geboren, wat betekende dat er maar liefst acht via de keizersnede ter wereld gebracht moesten worden. Daar is flink wat mankracht voor nodig.  

Helaas waren er op dat moment naast de dierenarts slechts twee assistentes aanwezig. Eentje zou assisteren bij de operatie terwijl de andere samen met mij de pups zou opvangen. Alleen... twee mensen voor maar liefst acht pups is behoorlijk aan de krappe kant. En er was geen tijd om extra collega's op te roepen. 

Een van de assistentes keek bedenkelijk uit het raam toen ze opeens een ingeving leek te hebben. Ze opende het raam en riep iets naar de tuinman die daar bezig was. Toen hij een minuut later binnen stond, bleek dat ze hem geronseld had om ook te helpen met de pups. 

Van de ervaren assistente kregen we een spoedcursus 'pups opvangen na een keizersnede'. Ze leerde ons hoe we met een slijmzuiger voorzichtig het slijm uit bek en neus kon verwijderen en hoe we ze het beste warm konden wrijven totdat ze zelfstandig ademden. 

Toen de operatie begon en wij in de startblokken stonden, kwam de adrenaline me zowat de oren uit, zó spannend vond ik het. Ook het gezicht van de tuinman stond een beetje gespannen.
Veel tijd om stil te staan bij wat ging komen, hadden we echter niet. Binnen no-time werd de eerste pup uit de baarmoeder gehaald. Vanaf toen moest het keihard doorgewerkt worden. In rap tempo werd de ene na de andere pup uit de baarmoeder gehaald en aan ons overgedragen. Je was nog niet klaar met de eerste als je je alweer diende te ontfermen over een volgende. We kwamen letterlijk handen te kort. 

Op het toppunt van de drukte klonk opeens het schelle belletje van de balie. "Oh nee, niet nu!" verzuchtte de assistente. Maar eenmaal in de wachtkamer aangekomen, herkende ze de klant die bij de balie stond. De klant bleek vroeger verloskundige geweest te zijn. Toen ze hoorde waarom het misschien wat langer zou duren voordat ze geholpen kon worden, aarzelde ze geen moment om haar hulp aan te bieden. Dat aanbod werd gretig geaccepteerd. 

Daar stonden we dan, een tuinman, een eerstejaars student diergeneeskunde en een oud-verloskundige, samen met de assistente ons over de pups te ontfermen. Het koste wat moeite maar we kregen ze uiteindelijk allemaal aan het ademen. 

Omdat ik er maar een weekje was, heb ik de pups nooit meer terug gezien. Maar van mijn stage-adres kreeg ik, zes weken later een berichtje dat alle pups voor hun eerste vaccinatie waren geweest en dat het supergoed met ze ging. 

Wil je geen blog missen? Volg me dan via Facebook!

maandag 6 juli 2015

Een ezel stoot zich niet tweemaal...


Op een warme donderdagavond word ik in de avonddienst gebeld. De vrouw aan de andere kant van de lijn vertelt dat haar hond een mergpijp had gekregen om op te kluiven. Maar in zijn verwoede pogingen om de laatste restjes merg uit het ringvormige bot te halen, is de mergpijp om zijn onderkaak geschoven. En nu krijgen de eigenaren het er met geen mogelijkheid meer vanaf. 

Omdat de eigenaren op vakantie zijn in een nabijgelegen bungalowpark weten ze niet precies waar ze moeten zijn. Ik leg uit hoe ze het beste naar de praktijk kunnen rijden en als ik heb opgehangen vertrek ik zelf ook naar de kliniek.  

Eenmaal aangekomen bij de praktijk staat de vrouw met haar Flatcoated Retriever Gijs rustig voor de deur een sigaretje te roken. Gijs staat er een beetje bedrukt bij, zo met de mergpijp om zijn snuit. Eenmaal op tafel bekijk ik de situatie eens beter. De mergpijp is over de lange hoektanden van de onderkaak geschoven. Vervolgens is de boel gaan zwellen en kan het bot geen kant meer op. Er is maar één optie: zagen. 

Gelaten hoort de eigenaresse mijn uitleg aan over hoe ik straks Gijs een roesje ga geven om vervolgens voorzichtig de mergpijp doormidden te zagen en te verwijderen. De sfeer voelt een beetje stroef, dus om het ijs wat te breken besluit ik haar te complimenteren met het feit dat ze zo rustig en daadkrachtig heeft gehandeld. De vrouw haalt haar schouders op en zegt: "Het is niet de eerste keer dat dit bij mijn honden is gebeurd, dus ja dan weet je wel een beetje hoe het werkt."

Wanneer ik een half uurtje later klaar ben en met haar afreken, zijn de kosten door het spoedtarief best opgelopen. Van het bedrag dat ze moet betalen kan ze behoorlijk wat mergpijpen kopen. Maar ik hoop voor haar honden dat ze daar nu eindelijk eens een keer mee stopt. 


Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook! 

 

De foto bij deze blog is niet van Gijs maar komt van internet - Bron afbeelding

maandag 29 juni 2015

Een zware maand?


Nadat ik Bullterriër Luna nagekeken en gevaccineerd heb, laat ik de tafel zakken en springt ze er blij vanaf. Zelfs onder het vale TL-licht schittert haar roze halsband met Swarovski kristallen me tegemoet. Terwijl ik een hondenkoekje voor haar uit de trommel vis, schraapt haar eigenaar zijn keel alsof hij nog iets wil aankaarten. Ik geef Luna het koekje en kijk hem vragend aan. 

"Nou nog even over de rekening hé. Ik heb op het moment een beetje financiële problemen, dus kun je daar niet iets mee doen? Ben toch al jaren klant hier, dus kun je niet een beetje korting geven ofzo?" Ik leg uit dat ik het heel vervelend voor hem vind, maar dat ik als dierenarts in loondienst niet zomaar de tarieven kan aanpassen. De man haalt zijn schouders op en sloft een beetje mopperend de spreekkamer uit. Zijn hond Luna dribbelt vrolijk achter hem aan. 

Een aantal dagen later sta ik in de telefoonwinkel vanwege een probleem met mijn smartphone. Het is druk en er staat een flinke rij. Twee mensen voor me staat een man met een hond die duidelijk ongeduldig wordt van het lange wachten. Dan herken ik de roze halsband met kristallen, het is Luna. 

Als de eigenaar van Luna aan de beurt is, zie ik dat hij het nieuwste model iPhone aanschaft. "Privé of  voor zakelijk gebruik?" vraagt de verkoper nog. Als de man antwoordt: 'Nee, gewoon voor mezelf' hoor' snap ik waarom hij een financieel zware maand heeft... 


Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook!


maandag 22 juni 2015

Opbiechten


Het is zondagavond en ik heb weekenddienst. Het is tot nu toe een rustig weekend en ik zou bijna vergeten dat ik oproepbaar ben. Maar dan, net als ik met een bak popcorn compleet op ga in een spannende film, gaat de dienst-telefoon.

Het blijkt een wat oudere mevrouw te zijn die niet voor zichzelf belt maar voor haar volwassen zoon. Zijn hond vertoont opeens vreemd en overdreven hyper gedrag. Ik vertrouw het niet en vraag haar om zo snel mogelijk met de hond naar de praktijk te komen. Maar omdat haar zoon ergens anders woont en geen eigen vervoer heeft, moet ze eerst hem en de hond gaan ophalen voordat ze naar de kliniek kan komen. 

Als ze dan eindelijk bij mij in de spreekkamer staan, verwonder ik me een beetje over deze moeder-zoon combinatie. Zij is het prototype 'keurige dame' met haar parel-oorbellen, keurige bloes en gekapte haren. Haar zoon is gekleed in een verwassen zwart shirt en een broek met camouflage print. Ondanks zijn stoere outfit oogt hij onzeker en gespannen. Ze worden vergezeld door de Mechelse herder Jack die luid blaffend tegen me opspringt. 

Ik probeer te achterhalen wat er gebeurd kan zijn, maar ik krijg weinig informatie uit de jongen. Wat ik eruit opmaak was er ogenschijnlijk niets aan de hand met Jack maar werd hij gedurende de avond opeens heel druk. Ik besluit een lichamelijk onderzoek te doen. De hond heeft inderdaad een hoge hartslag, lichte verhoging en de slijmvliezen ogen wat rood. Maar sommige dieren hebben deze verschijnselen alleen al vanwege het feit dat ze gestrest zijn door het dierenartsbezoek. 

Ik vraag hem nogmaals of de hond iets vreemds gegeten kan hebben. Zo kan bijvoorbeeld chocolade bij honden hyperactiviteit veroorzaken. "Nou ja... misschien is er wel iets dat hij te pakken gekregen kan hebben" zegt de jongen zachtjes terwijl hij zijn ogen neerslaat. Als ik informeer wat Jack mogelijk gegeten kan hebben, is het even stil. Dan schraapt hij zijn keel en zegt mogelijk nog zachter: "Er was gisteren een feestje bij mij thuis en misschien hebben mensen speed of XTC laten slingeren en heeft hij dat te pakken gekregen.

Terwijl hij dit vertelt zie ik het gezicht van zijn keurige moeder even van kleur verschieten. Ze werpt een snelle blik vol afschuw op haar zoon, die opeens wel heel nauwkeurig zijn schoenen staat te bestuderen. Zelf probeer ik mijn blik professioneel in de plooi te houden als ik doorvraag over het eventuele tijdstip van inname en de mogelijke hoeveelheden. 

Ik begeleid ze naar de wachtkamer zodat ik kan overleggen met de experts van het Vergiftigingen Centrum. Als ik de deur achter me dichttrek, denk ik: "Ai, die heeft wel even wat op te biechten."


Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook!



maandag 15 juni 2015

Zelf opgelost



Als ik 's ochtends op de klok kijk, schrik ik van de tijd. Over vijf minuten moet ik al de deur uit en ik moet nog van alles doen. Als een wervelwind storm ik door het huis wanneer ik in een onbewaakt ogenblik een drempel over het hoofd zie en keihard mijn kleine teen er tegenaan stoot.

Ik voel een hevige pijnscheut en zie letterlijk sterretjes voor mijn ogen dansen. Even word ik zelfs een beetje licht in mijn hoofd en moet me aan de deurpost vastgrijpen om overeind te blijven. Als ik mijn teen vervolgens goed bekijk, lijkt deze al een beetje te zijn gezwollen. 

Ik kijk weer op de klok en zie dat ik al weg had moeten zijn. Ik trek mijn ruimste paar sneakers aan en lichtjes strompelend vertrek ik naar mijn werk. Aangekomen op mijn werk is het gelukkig vrij rustig dus heb ik tijd om even mijn huisarts te bellen. Die is echter -zoals helaas wel vaker het geval is- constant in gesprek. Als assistente Annika me door de praktijk ziet hinken, zegt ze plagend: "Nou dat is duidelijk hé dokter, kreupel linksachter." De pijn is ondertussen al een stuk minder dus ik kan er wel om lachen. Ik vertel over mijn ongelukje deze ochtend en het feit dat ik de huisarts niet aan de lijn kan krijgen maar dat ik het nou ook niet bepaald een spoedeisende hulp waardig probleem vind. "Maar je hebt hier gewoon een röntgenapparaat staan, waarom maak je niet zelf even een foto?" is haar reactie. 

Dat ik daar zelf niet aan gedacht heb! Even schiet er door mijn hoofd of dit wel officieel mag, maar besluit het toch te doen. Ik ben niet bevoegd om röntgenfoto's van mensen te maken, maar bij mezelf moet toch kunnen? 

Nog geen tien minuten later verschijnt de röntgenfoto van mijn voet op het beeldscherm. De verhoudingen zijn anders, maar de globale bouw verschilt niet veel met die van de ondervoet van een hond. Ik hoef niet lang naar de foto te kijken om te bevestigen wat ik al dacht: gebroken! 

Het ziet er niet heel dramatisch uit dus ik besluit nog een poging te doen om mijn huisarts aan de lijn te krijgen. Dit keer krijg ik haar gelukkig wel aan de lijn. Ik leg de situatie uit en als ik vertel dat ik zelf al een röntgenfoto heb gemaakt, moet ze een beetje lachen. Zou ze zich nog die keer herinneren dat ik al zelf urine-onderzoek had gedaan toen ik ik blaasontsteking had?

Ik mag op de praktijk langskomen voor een instructies over hoe ik mijn gebroken teen moet spalken. "Maar..." zegt ze "je hebt vast wel Leukoplast op de praktijk. Op internet kun je gemakkelijk vinden hoe het moet." Nadat ik al mijn eigen röntgenfoto heb gemaakt en de diagnose heb gesteld, heeft ze er blijkbaar wel vertrouwen in dat dit ook gaat lukken. 


Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook!

maandag 8 juni 2015

Too much information


Terwijl ik mijn handschoenen aantrek om de prostaat van hond Max na te voelen, slaat zijn eigenaar beschermend zijn armen om de nek van de hond en zegt net iets te duidelijk hoorbaar: "Rustig maar Max, het baasje vond het ook niet fijn toen de huisarts dat bij hem deed hoor!"

Dat was iets meer informatie dan ik eigenlijk wilde weten...


Hebben jullie in je werk wel eens meegemaakt dat mensen iets vertelden dat je nou niet persé had hoeven weten?


Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook!




maandag 1 juni 2015

Geen paniek?


Net wanneer ik mijn laatste operatie afrond, komt assistente Annika de operatiekamer binnenlopen. "Hoe lang ben jij nog bezig? Er komt namelijk zo een hond met een hypo aan en het klinkt niet al te best." zegt ze tegen me. Ik plaats op dat moment mijn laatste huidhechting en antwoord dat ik zo goed als klaar ben.

In afwachting van deze spoedpatiënt zetten we samen alles klaar wat we nodig denken te hebben. Het enige wat nog ontbreek is onze patiënt. "Moeten ze van ver komen dat het zo lang duurt? vraag ik. Annika antwoord dat ze uitdrukkelijk heeft gezegd dat de eigenaar zo snel mogelijk met haar hond naar de praktijk moet komen omdat een te laag glucose-gehalte in het bloed levensbedreigend kan zijn. "Maar het leek alsof ze de ernst van de situatie niet helemaal doorhad, ze klonk bijna... laconiek." voegt ze daar een beetje twijfelend aan toe.

Eindelijk komt er dan toch een auto aanrijden, de assistente en ik staan al klaar bij de deur om de patiënt op te vangen. Als de eigenaresse de praktijk binnenstapt herken ik haar en haar hond meteen. Het is mevrouw Overvliet met haar mini-schnauzer Benny. Maar waar hij normaal de hele praktijk bij elkaar blaft, ligt hij nu slapjes in haar armen.

Ik schrik van de situatie en ruk de hond bijna uit haar armen. Er is actie nodig, en wel nu. Terwijl ik uitvraag wat er gebeurd is, gaan assistente Annika en ik als een geolied team aan de slag. We prikken bloed, bepalen het glucose gehalte (veel te laag) en leggen gauw een infuus aan om een glucose-oplossing toe te dienen. Dit alles terwijl mevrouw Overvliet rustig toekijkt.

Terwijl het infuus loopt, probeer ik aan haar uit te leggen dat de situatie van Benny vrij ernstig is en hij bijna in een coma was geraakt. "Maar kijk, maar hij beweegt nog gewoon met zijn pootjes hoor." is haar montere respons. Ik kijk naar Benny en zie dat hij inderdaad af en toe met een pootje schokt.

Ergens begin ik een beetje geërgerd te raken. Ziet ze dan écht niet dat haar hond in een kritieke situatie verkeert en dat wij alles uit de kast aan het trekken zijn om hem hieruit te krijgen? Dan herinner ik me opeens dat een dierenarts in een spoedkliniek mij ooit vertelde dat voor sommige mensen deze gelatenheid een mechanisme is om met grote stress om te gaan. In plaats van in paniek te raken zijn ze overdreven rustig, bijna op het onverschillige af.

Benny lijkt langzaamaan al iets op te knappen, maar moet wel ter observatie bij ons in de kliniek blijven. Mevrouw Overvliet vertrekt weer naar huis. Overdreven paniekerige eigenaren kunnen soms een beetje irritant zijn, maar dit was ook wel een beetje bevreemdend.

Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook!