maandag 28 oktober 2013

Anatomie voor beginners

Op zaterdagochtend heeft de praktijk waarin ik werk ook een aantal afspraakmogelijkheden. Voornamelijk bedoeld voor problemen waar mensen 'niet het weekend mee in durven'.

Een man van een jaar of dertig kwam die zaterdag langs met zijn kat omdat deze rare huidkleurige bobbeltjes op z'n buik had. Terwijl ik de kat op zijn rug draaide om de buik goed te kunnen inspecteren, trok de assistente al veelbetekenend een wenkbrauw op. En terecht bleek, want de 'vreemde bobbels' die de eigenaar had gezien bleken gewoonweg de tepels van kat Dexter te zijn. Toen ik dat hem met mijn meest neutrale gezicht verteld had, verscheen een klein blosje van schaamte op zijn wangen. 

Toen we de voordeur in het slot hoorden vallen, lieten de assistente en ik onze "Ach nee hoor mijnheer, dat kan iedereen overkomen" blik varen een gniffelden nog wat na om dit voorval. Maar eigenlijk ga ik zelf ook niet helemaal vrijuit... In het eerste jaar van mijn studie Diergeneeskunde hadden we een practicum over het hanteren van konijnen en kleine knaagdieren. De stoere dierverzorger die de les verzorgde vroeg aan de werkgroep hoe we het verschil konden zien tussen een mannetjes en een vrouwtjes cavia. In plaats van na te denken riep mijn 18-jarige versie "Het vrouwtje heeft tepels!". Waarop de docent langs zijn snor streek en lachend antwoordde: "Maar ik toch ook?". 
Toen verscheen een klein blosje van schaamte op mijn wangen.  

woensdag 23 oktober 2013

Versprekingen

Nadat hun kat Spottie op de praktijk ingeslapen was, belden we de eigenaresse later nog even terug om de verdere wensen te bespreken. Crematie, laten afvoeren door de gemeente of toch zelf in de tuin begraven. 
Op de achtergrond hoorde ik haar met haar partner overleggen: 

"Hee, we willen Spottie toch wel laten creperen he?"

donderdag 17 oktober 2013

Dan maar cola

Als dierenarts raak je door de jaren heen wel wat afgestompt als het gaat om bloed, pus en andere lichaamsvloeistoffen. Het blijft natuurlijk smerig maar uiteindelijk leer je toch wel om er nuchter mee om te gaan. Tot -in mijn geval- de vergelijking met etenswaren gemaakt wordt...

Zo stond ik op een doorsnee donderdagmiddag een fors bijtabces bij een kat open te leggen. Zodra ik een kleine incisie had gemaakt vloeide het met bloed vermengde pus naar buiten. "Goh, het heeft wel wat weg van die Coolbest Strawberry Dream die jij altijd drinkt" merkte de nog aanwezige eigenaar droog tegen zijn tienerzoon op.

Die avond dronk ik toch maar cola.


maandag 14 oktober 2013

Het KI incident

Eens in de zoveel tijd voeren wij op de praktijk kunstmatige inseminatie bij honden uit. Ofwel het insemineren van een teefje met door manuele stimulatie verkregen zaadcellen. "Door manuele stimulatie verkregen zaadcellen" is hierbij een prachtig eufemisme voor het feit dat je als dierenarts dus eerst de reu moet aftrekken. Ja. Dát vertellen ze je niet als je aan je opleiding begint.

En zo stond ik op een druilerige woensdagavond met een reu op tafel. De eigenaresse van de reu stond aan de andere kant van de tafel het te insemineren teefje vast te houden. Nu was het al een behoorlijk gênante situatie, maar ik had niet kunnen indenken dat het nóg gênanter zou worden...

Want op het moment suprême maakte de reu een onverwachte beweging waardoor het ejaculaat niet in het door de assistente vastgehouden potje terecht kwam. Nee, het vloog over tafel en kwakte net boven het decolleté van de eigenaresse tegen haar huid.

Met een mengeling van afschuw en ongeloof hielden de assistente en ik onze adem in. Hoe zou ze reageren? Nou, bijzonder relaxed. Terwijl de assistente en ik onze handschoenen uittrokken veegde de eigenaresse haar hals schoon, haalde haar schouders op en zei "Ach, als het van je eigen reu is, is het eigenlijk niet zo erg".


zondag 6 oktober 2013

Huilende mannen

Toen mevrouw Verberg met haar kat Spooky de spreekkamer verliet merkte ik aan haar reactie dat ze een beetje schrok van de situatie die ze in de wachtkamer aantrof. Na een blik op de agenda had ik een vermoeden wat er aan de hand was. De volgende afspraak was namelijk het laten inslapen van Bruno, de chocoladebruine labrador van een studentenhuis. "Oh nee," kermde assistente Annika, "straks staat de hele spreekkamer vol met huilende mannen, dan moet ik ook altijd bijna huilen". Iets wat ik moest beamen. Want het uitvoeren van een euthanasie is nooit leuk, maar als je dan ook nog eens omringd bent door stoere, doch huilende kerels is er een grote kans dat je het zelf ook te kwaad krijgt.

En inderdaad, niet veel later was de kleine spreekkamer gevuld met de negen huisgenoten van labrador Bruno. Her en der ontwaarde ik al wat rode oogjes maar tot nu toe hielden ze zich nog redelijk groot. Nadat ik de hond een anesthesiemiddel had toegediend zodat hij diep in slaap zou vallen, trokken de assistente en ik ons discreet terug.

Toen ik een aantal minuutjes later terugkwam zag ik dat het merendeel al geen moeite meer deed om de tranen binnen te houden. Na gecontroleerd te hebben of Bruno diep genoeg sliep diende ik het euthanasiemiddel toe. Terwijl ik uitlegde dat het nu nog een paar minuutjes zou duren hoorde ik het gesnotter steeds meer aanzwellen.

Het was erg ontroerend om een stel kerels, waarvan ik vermoed dat ze normaal gesproken luid in de kroeg staan te brallen over 'hertjes' 'units' en 'regelen', nu zo kwetsbaar te zien. Maar, net toen ik door de hele situatie ook bijna een traan in mijn oog voelde prikken bracht gelukkig een van de studenten toch een beetje luchtigheid in de situatie. Uit zijn tas haalde hij een familieverpakking tissues tevoorschijn. "Gasten, ik had deze maar even gekocht want ik dacht dat we ze wel nodig zouden hebben".

Dankbaar ging de doos met tissues rond.