maandag 23 februari 2015

Niet dood


"Mique, kun je nú even komen?" Assistente Brenda steekt haar hoofd om de deur van mijn spreekkamer. De bezorgde toon in haar stem zorgt ervoor dat ik me excuseer bij de eigenaar en direct naar achteren verdwijn.

Daar tref ik Brenda aan, zorgelijk kijkend naar een kartonnen doos. "Hij ademt nog!" zegt ze geschrokken. Normaal vind ik dat een bijzonder geruststellende mededeling maar in dit geval liggen de zaken anders.

Deze ochtend werd ik gebeld door een vrouw wiens kat 's nachts overleden was. Ze had geen mogelijkheid om de kat te begraven en crematie zag ze ook niet zitten. Ik bood haar aan dat ze de kat naar de praktijk kon brengen zodat wij het vervoer naar destructie zouden regelen.

De kat werd keurig in een afgesloten kartonnen doos bij ons afgegeven. Maar de kat is niet dood. Hij ligt roerloos in de doos maar heeft een duidelijk zichtbare ademhaling. Hoe kan dit de eigenaar niet opgevallen zijn? De vrouw is geen klant van onze praktijk, haar achterhalen is dus geen optie. Ik besluit de kat te euthanaseren, hij is toch al op sterven na dood.

Terwijl ik de injectie geef ben ik blij dat de vrouw haar kat niet zelf heeft begraven. Het idee dat hij levend onder de grond was gegaan doet me huiveren.,,


Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook

maandag 16 februari 2015

Typische telefoongesprekken



Hoewel de assistentes een groot deel van de tijd de telefoon aannemen, spring ik zelf ook af en toe bij als het druk is. En dan heb je zo nu en dan ook een beetje typische telefoongesprekken. Ik ben eigenlijk wel benieuwd of mensen uit andere beroepsgroepen deze gesprekken ook herkennen.

Een goede voorbereiding is het halve werk
Goedemorgen, met dierenarts Mique. Wat kan ik voor u doen?
- Ik wil graag een afspraak maken om mijn kat te laten chippen.
Geen probleem, welke dag zou goed uitkomen?
- Oh ehm goh... ja... goede vraag. Ik ga even mijn agenda pakken.

Oh, ik kan altijd
Goedemiddag, ik wil langskomen met mijn hond voor de enting.
- Dat kan, wanneer wilt u langskomen?
Oh roep maar wat, ik kan altijd.
- Geen voorkeur voor een dag of tijdstip?
Nee hoor, noem maar gewoon iets.
- Dinsdagochtend om tien uur?
Oh nee, dan heb ik al een afspraak.
- 's Avonds dan? Om half acht?
Nee, nee dat wordt ook lastig.
- Woensdag? Eind van de ochtend of 's middags. Of op donderdag?
Tsja... woensdag of donderdag, lastig... lastig... Eigenlijk kan ik alleen op vrijdag tussen tien over drie en half vier.

Het doorgeefluik
Goedemorgen, met dierenarts Mique. Wat kan ik voor u doen?
- Onze poes Mickey is ziek, we willen graag langskomen.
Ik heb zo om elf uur nog een plekje, schikt dat?

*Roept naar persoon op de achtergrond* "Henk! Om elf uur bij de dierenarts?"

- Nee, elf uur redt mijn man niet. Kan het later?
Ik heb ook nog een mogelijkheid om half twee.

"Henk! HENK! Kun je om half twee? Nee, niet half een, HALF TWEE!"

- Nee, half twee lukt ook niet. Kan het eind van de middag?
Mevrouw, is het misschien handiger als ik uw man anders even aan de lijn krijg?


Dan pas? 

Hoi, hoi, ons konijn eet al vier dagen niet en nu zegt de buurvrouw dat het niet goed is en dat we naar de dierenarts moeten.
- Klopt, het lijkt me verstandig dat u even langs komt. We hebben over anderhalf uur nog een plekje.
Wat? Over anderhalf uur? Dan pas?!

Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook.


maandag 9 februari 2015

Veel bloed, zweet en een paar tranen



Met een steriele operatiedoek bedek ik het blonde labrador teefje Mika die ik zo ga steriliseren. Assistente Leonore opereert mee en verzucht: "Jeetje, pas 11 maanden en nu al moddervet, dat wordt nog pittig!" Ik zucht zachtjes, want ik dacht precies hetzelfde. 

Toevallig heb deze hond twee maanden geleden op consult gehad. In een onbewaakt moment had Mika namelijk een complete kip, die op het aanrecht lag te ontdooien, verorberd. Het liep toen gelukkig met een sisser af want op de röntgenfoto bleek dat er geen gevaarlijke stukjes bot in de darmen zaten. Maar ik sprak tegen haar eigenaresse wel al mijn bezorgdheid uit over haar overgewicht en de bijbehorende gezondheidsrisico's. 

Blijkbaar heeft mijn verhaal weinig indruk gemaakt want Mika is in de tussentijd alleen nog maar dikker geworden. En behalve dat ze nu een groter risico heeft op suikerziekte, gewrichtsproblemen, complicaties tijdens de anesthesie en nog veel meer, maakt het de operatie er ook niet makkelijker op. Eerlijk gezegd zie ik er zelfs een beetje tegenop. Maar gelukkig is Leonore een ervaren operatie-assistente dus vol goede moed gaan we aan de slag. 

Na de huidsnede ploegen we ons door een dikke laag onderhuids vet heen voordat we de buikspieren in beeld krijgen. Zodra we de buikholte geopend hebben, glimt het witgele vetweefsel ons overal tegemoet. 

De eerste eierstok hebben we snel te pakken, maar het afbinden van alle bloedvaten is een crime. Door al het vet rondom de baarmoederhoornen en eierstok kunnen we de bloedvaten namelijk slecht zien. Ook zit er veel vetweefsel in de hechting waardoor het aantrekken een stuk lastiger is. Door de steriele handschoenen heen zie ik mijn knokkels wit worden als ik de hechtdraden probeer aan te trekken. En dan gaat het, ondanks alle voorzorgsmaatregelen, tóch mis. Of het vetweefsel het goed aantrekken van de knoop belemmerde, of het dusdanig glibberig maakte dat de ligatuur eraf schiet, valt niet te achterhalen. Maar diep in de buikholte ligt nu een bloedvat te bloeden. Hoewel het zweet me acuut uitbreekt probeer ik kalm te blijven en ga geroutineerd met Leonore aan de slag. Vrij vlot hebben we het bloedende vat gelokaliseerd en weten 'm alsnog goed af te binden. Met ingehouden adem verwijderen we ook de andere eierstok. 

Mika wordt gelukkig vlot wakker uit de narcose en mag al weer snel naar huis. Wanneer haar eigenaresse haar komt ophalen is ze zo opgelucht haar hond weer te zien dat de tranen in haar ogen staan. Ik vertel over de operatie en druk haar nogmaals op het hart dat Mika voor haar eigen gezondheid echt moet afvallen. De vrouw kijkt me aan en zegt: "Dus ik moet haar minder eten geven? Nee dat vind ik zielig!"

Ik slik mijn woorden in, maar denk stiekem: "Je hond willens en wetens gezondheidsrisico's laten lopen. Dát is pas zielig!"

maandag 2 februari 2015

Taboewoorden


"Nou ja, en hij zit dus eigenlijk best wel heel veel te likken aan zijn... ja ehm... zijn eh..."
"Penis?" Vul ik de stamelende eigenaar van teckel Basje aan. Wanneer hij bevestigend knikt lijkt hij zelfs een beetje rood aan te lopen.

Het verbaast me nog steeds hoeveel moeite mensen soms lijken te hebben met het benoemen van de geslachtsdelen van hun huisdier. Zelfs in de professionele setting van een consult, blijken woorden als 'penis', 'vagina' en 'testikels' vaak toch nog taboewoorden te zijn.

Daarom lijken ze vaak toevlucht te zoeken tot synoniemen. Pipi, doos, foef, jodocus, tuttie... ik heb ze door de jaren heen allemaal voorbij horen komen. Maar al die synoniemen maken het er voor mij als dierenarts er niet altijd duidelijker op. De eerste keer dat een eigenaar vertelde dat haar teefje veel aan haar 'tut' zat te snuffelen, had ik écht geen flauw idee welk onderdeel van de hond ik moest onderzoeken.

Maar van alle synoniemen die ik in de afgelopen jaren voorbij hoorde komen, vond ik 'lipstickje' als benaming voor de penis toch wel de meest aparte. Nadat ik die term voor het eerst hoorde, heb ik nog weken lang hele vreemde associaties gehad bij het zien van huidskleurige lippenstiften...


Nooit meer een blog missen? Volg me op Facebook