dinsdag 27 december 2016

Q&A - De antwoorden



Twee weken geleden vroeg ik op mijn Facebook-pagina of jullie het leuk vonden om een "Q&A" te doen waarbij jullie vragen aan mij konden stellen over mijn werk en het bloggen daarover. Nou, dat heb ik geweten, de vragen bleven maar binnenstromen!

Het lukte niet om al jullie vragen te beantwoorden, maar ik heb geprobeerd om er zoveel mogelijk in dit artikel op te nemen. In sommige gevallen was er overlap tussen verschillende vragen, en heb ik de vragen gecombineerd.


Wat is je grootste blunder?

Een 'grappige' blunder maakte ik in het begin van mijn loopbaan als dierenarts. Ik vond het allemaal best nog wel spannend en een wat stugge eigenaar zorgde ervoor dat ik me flink ongemakkelijk voelde. Ik probeerde hem een beetje te ontdooien door interesse te tonen in zijn honden en vroeg of ze uit hetzelfde nest kwamen.

Waren het twee compleet verschillende rassen... Nu kan ik er wel om lachen, maar op dat moment wilde ik het liefst door de grond zakken.


Ben je wel eens door een dier te grazen genomen?

Regelmatig! Met name door katten ben ik wel een aantal keer flink gebeten. Maar hamsters kunnen er ook wat van. Een keertje werd ik door een hamster gebeten en die wilde maar niet loslaten. Pas toen ik 'm onder een stromende kraan hield, liet hij mijn vinger los.


Ben je wel eens (bijna) over je nek gegaan van een verwonding of andere situatie?

Als dierenarts raak je toch een beetje afgestompt als het om 'vieze' dingen gaat. Bloed, ontlasting, braaksel... het doet me onderhand niet meer zoveel. Sterker nog, ik weet dat veel dierenartsen (en paraveterinairen) het openleggen van een abces zelfs een leuk klusje vinden! Maar als ik iets moet noemen dan zijn het madeninfecties, dat je de maden gewoon ziet krioelen... Daar sta ik na jaren nog steeds van te kokhalzen.


Wat is het meest bijzondere dier dat je behandeld hebt?

Deze vraag kreeg ik heel vaak! Via de dierenambulance krijg ik af en toe een vos, zwaan of een eekhoorn binnen. Maar ik denk dat veel van de vragenstellers hoopten op verhalen over exotische diersoorten zoals bijvoorbeeld reptielen. Maar deze dieren verschillen op veel vlakken van onze huisdieren waardoor het echt een vak apart is. Daarom vertrouw ik ze liever toe aan een dierenarts die zich hierop toegelegd heeft.


Wat is het meest bijzondere geval dat je in je studie of werk bent tegengekomen?

Tjdens mijn co-schappen heb ik een keer de hond van een héél bekend persoon onderzocht. Dat was wel erg bijzonder.


Hoe ga je om met de privacy van de patiënten en eigenaren in je blog? In hoeverre pas je de verhalen aan?

Ik vind dat de privacy van mijn patiënten en eigenaren erg belangrijk, dat gaat boven alles. Wanneer iemand met zijn dier op consult komt, moeten ze niet denken "Oh straks zeg ik iets geks en komt het in een blog". Daarom blog ik onder pseudoniem en pas ik de details van de verhalen ook altijd een beetje aan. Hierdoor denk ik dat dat de mensen zichzelf niet snel zullen herkennen in mijn verhalen.


Heb je wel eens meegemaakt dat een eigenaar tegen je loog of iets verzweeg?

Ja, met name als er drugs in het spel zijn, wordt er wel eens iets verzwegen. Heel vervelend, want pas als ik alle informatie heb, kan ik een goede behandeling starten.


Kom je ook wel eens bij mensen op huisbezoek, hoe vind je dat?

In principe kom ik alleen op huisbezoek wanneer een dier ingeslapen moet worden. Dat zijn vaak heftige situaties, met veel verdriet. Maar ergens is het ook interessant, want je komt bij allerlei mensen over de vloer waar je normaal niet snel zou komen. Van een studentenkamers tot een enorme villa's. Je krijgt echt even een kijkje in iemands leven.


Hoe ga je er mee om als mensen in jouw ogen niet het beste doen voor hun dier, bijvoorbeeld omdat ze het te duur vinden?

Dat vind ik heel lastig, zeker omdat elke situatie anders is. Soms hebben mensen weloverwogen voor een dier gekozen, maar zijn door omstandigheden in financiële nood geraakt. Dan probeer ik altijd samen met de eigenaar te kijken wat we binnen de mogelijkheden kunnen doen.

Een ander verhaal zijn de mensen die al financieel aan de grond zitten en tóch besluiten om een huisdier te nemen. Of die het geld wel hebben maar het niet aan hun huisdier willen uitgeven 'omdat de kat toch al twaalf is'. Dat is heel frustrerend.

Hoe persoonlijk gehecht raak je aan je patiënten, ben je er thuis nog wel eens mee bezig?

Dat valt gelukkig over het algemeen wel mee. Maar eens in de zoveel tijd heb je een patiënt die je echt aan het hart gaat en waar je soms wel even 's nachts wakker van ligt.


Stel je wel eens een verkeerde diagnose, en hoe ga je daar mee om?

Natuurlijk gebeurt dat wel eens. Het zou niet reëel zijn om te verwachten dat een dierenarts het nooit een keer bij het verkeerde eind heeft, zeker bij ingewikkelde patiënten. Maar het blijft een vervelende situatie. Gelukkig kun je door goede communicatie met de eigenaren vaak wel uitleggen waarom je iets in eerste instantie gemist of verkeerd geïnterpreteerd hebt.


Wat is het moeilijkste wat je ooit hebt moeten doen, technisch en emotioneel?

Ik heb een keer de verkeerde bult weggehaald bij een kat. Een verschrikkelijk stomme fout waardoor de kat nog een keer geopereerd moest worden. Dat het om een oudere kat ging die niet zo makkelijk van de ingreep herstelde, maakte de situatie er niet beter op. Het moment dat ik de fout ontdekte en de eigenaren moest opbellen om ze het te vertellen, was verschrikkelijk. De eigenaren waren natuurlijk verdrietig maar gelukkig niet boos. Maar ik heb me toen zó rot gevoeld!

Op technisch gebied heb ik niet iets wat er uit springt, maar ik heb toch wel een aantal operaties gedaan waarbij het zweet letterlijk over mijn rug droop.


Wat was je motivatie om dierenarts te worden, en hoe beviel de opleiding?

Op de basisschool riep ik al dat ik dierenarts wilde worden. Door de jaren heen bleef deze wens bestaan en merkte ik ook dat vakken als biologie mij goed lagen. Ik was zelfs zo gemotiveerd dat wanneer ik uitgeloot zou worden, ik de opleiding in het buitenland wilde volgen. Maar gelukkig werd ik de eerste keer direct ingeloot.

De studie Diergeneeskunde vond ik geweldig! Maar het is wel een pittige universitaire opleiding van zes jaar. Het gymnasium had ik redelijk soepel doorlopen, maar tijdens de studie moest ik toch vaak flink aanpoten. Het is wel eens gebeurd dat ik voor een tentamenweek met de tranen in mijn ogen boven mijn studieboeken zat, zoveel stof moesten we leren.

Maar ondanks dat het bij tijd en wijle best zwaar was, was het ook een enorm leuke tijd. Ik heb op de studie een aantal van mijn beste vrienden ontmoet en de diergeneeskunde feestjes had ik zeker niet willen missen!

Als je, met de kennis van nu, alles opnieuw zou mogen doen, zou je dan weer kiezen om dierenarts te worden?

Ja, absoluut!


Bedankt voor het insturen van alle vragen! Als je me volgt via Facebook weet je het gelijk wanneer er een nieuwe blog online staat. 

maandag 19 december 2016

Geëmotioneerd



Als ik 's ochtends wakker wordt, is een branderige gevoel in mijn linkeroog het eerste wat opvalt. Wanneer ik vervolgens in de badkamerspiegel kijk, staart een rood doorlopen oog mij aan. Een fikse oogontsteking concludeer ik.

Bij mijn huisarts kan ik pas 's middags terecht, dus tot die tijd moet ik even doorbikkelen. Als ik op mijn werk ben, blijkt mijn ontstoken oog het felle TL-licht in de spreekkamer niet te waarderen. Het knijpt constant samen en de tranen lopen me letterlijk over de wang.

Aan het eind van de ochtend komt mevrouw van Schaik met haar vijftienjarige poedeltje Mimi binnen. Twee dames van een respectabele leeftijd. Helaas gaat het niet zo goed met het hondje, haar hartprobleem is de laatste maanden sterk verslechterd en ondanks de medicatie wordt ze steeds benauwder. Samen komen we tot de conclusie dat het voor Mimi het beste is om haar in te laten slapen.

Terwijl ik de euthanasie uitvoer, merk ik dat mijn oogontsteking steeds erger wordt. Mijn oog knijpt steeds heftiger dicht en traant nog erger dan voorheen. Een fikse loopneus is het gevolg. Subtiel probeer ik de tranen van wang te vegen en niet al te luid te snotteren.

Maar mevrouw van Schaik ziet het toch en denkt dat ik heftig geëmotioneerd ben. De oude dame pakt mijn hand vast en zegt: "Geeft niet hoor meisje, ik ben ook best een beetje verdrietig."

Ik besluit wijselijk mijn mond te houden en haar niet de ware reden van mijn tranen te vertellen.


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!



maandag 5 december 2016

Een duur kado



De  afspraken voor vandaag zitten er bijna op, als ik van de assistente te horen krijg dat er met spoed nog een patiënt aankomt. Het blijkt een hond te zijn die chocolade heeft gegeten. Een veel voorkomend probleem in de decembermaand. Want rond Sinterklaas en kerst staan vaak allerlei chocolade lekkernijen in huis. En het is misschien voor ons mensen ook niet goed om er teveel van te eten, maar chocolade kan voor honden giftig en zelfs dodelijk zijn.

Een kleine twintig minuten later staat mevrouw van Eel met haar labrador Max in de spreekkamer. Terwijl hij kwispelend de ruimte verkent, steekt zij van wal. Ze vertelt hoe ze afgelopen weekend een avonddienst met haar collega Anna heeft geruild, zodat zij met haar gezin Sinterklaas konden vieren. 

Als bedankje voor deze ruil, heeft haar collega een chocoladeletter door de brievenbus gegooid. Ze wist immers dat mevrouw van Eel dol is chocolade. Maar wat haar collega Anna niet wist, is dat zij een hond heeft, die óók dol is op chocolade. Dus toen labrador Max de chocoladeletter op de deurmat vond, had hij deze binnen enkele minuten verorberd. Het enige wat zijn baasje nog aantrof was de versnipperde verpakking. 

Omdat het van belang is te weten hoe lang geleden Max de letter heeft opgegeten, vraag ik mevrouw van der Eel om haar collega op te bellen en te informeren wanneer zij de chocoladeletter bezorgd heeft. Als ze aan de telefoon het verhaal tegen haar collega Anna vertelt, hoor ik die aan de andere kant van de lijn een verschrikt een gil slaken. Maar gelukkig blijkt het niet allemaal niet al te lang geleden gebeurd te zijn, en kunnen we volstaan met een braakopwekkende injectie en het toedienen van een toxine-bindend middel.

Wanneer Max weer naar huis mag, staat hij alweer met een schuin oog naar de koekjespot in de spreekkamer te loeren. Mevrouw van Eel ziet het ook en zegt: "Een echte Labrador hé, eten is echt hun lust en hun leven." We moeten er allebei hartelijk om lachen. 

Maar dat lachen vergaat haar een beetje wanneer ze bij de balie moet afrekenen. Ze werpt en blik op de rekening en bromt: "Bedankt Anna, dat was een duur cadeau."


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!





maandag 21 november 2016

Een leuk uitje



Het is zondagochtend wanneer ik word gebeld door mijn collega. Zij heeft dit weekend dienst, maar haar vriend is tijdens het klussen gewond geraakt en moet nu naar de huisartsenpost. "Mique, kun jij alsjeblieft de dienst even overnemen? Ik heb rond half 11 twee afspraken op de praktijk ingepland."

Ik zeg dat het geen enkel probleem is. Maar eigenlijk heb ik wel een klein probleempje, mijn zeven jaar oude nichtje Brechtje logeert namelijk dit weekend bij mij. Er zit niets anders op dan haar mee te nemen naar de praktijk.

Aangekomen op de praktijk zijn de patiënten nog niet gearriveerd. Om het voor mijn nichtje een beetje leuk te houden, trek ik haar een van onze korte witte jasjes aan. Ergens vind ik nog een afgedankte stethoscoop die ik om haar nek hang.

Tijdens de afspraken staat Brechtje ademloos toe te kijken hoe ik samen met de assistente de spoed-afspraken afhandel. Mijn laatste patiënt is een konijn dat al het hele weekend niet wil eten. Als snel blijkt dat het goed mis is, het konijn ligt als een slappe vaatdoek op de behandeltafel en heeft fikse ondertemperatuur. Het blijkt dat de uitgang van de maag geblokkeerd is en gesondeerd moet worden. Ik bespreek de risico's met de eigenaren en een beetje bedrukt vertrekken ze naar huis.

Het sonderen lijkt voorspoedig te verlopen en mijn nichtje staat vol interesse mee te kijken. Maar dan gaat het toch fout, het konijntje gaat opeens hard achteruit en ondanks al onze inspanning kunnen we haar niet redden. Ik baal en wil hartgrondig vloeken, maar bedenk net op tijd dat mijn jonge nichtje naast me staat en slik de krachttermen weer in. Ik vertel haar dat het konijntje heel ziek was, we hem niet beter hebben kunnen maken en dat hij nu dood is. Ze trekt een serieus gezicht en knikt.

Dan rond ik de laatste zaken op de praktijk af, en vertrekken we naar huis. De rest van de dag probeer ik zoveel mogelijk leuke dingen met mijn nichtje te doen om haar de situatie met het dode konijn te laten vergeten.

Maar als ze 's middags opgehaald wordt door haar moeder blijkt dat die missie niet geslaagd is. Enthousiast rent ze naar haar moeder toe en roept blij uit: "Mama! Ik mocht mee naar het werk van Mique. En er was een puppy die pijn had aan zijn poot en een zieke konijn. En die ging toen dood! 

Haar moeder kijkt me aan en trekt haar wenkbrauw op. Ik kan alleen maar een beetje verontschuldigend glimlachen.

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 7 november 2016

Zonder broek



"Dit is een spoedgeval! Het is spoed!" klinkt er uit de wachtkamer. De eigenaresse van kat Pip heeft het ook gehoord, want ze kijkt me vragend aan. Ik zet haar kat terug in haar mandje en vraag of ze heel even weer in de wachtkamer wil plaatsnemen terwijl ik poolshoogte ga nemen.

Daar krijg ik niet eens de tijd voor, want een man met een kletsnatte labradorpup komt de spreekkamer al ingestormd. Hij zet de hond voor mijn neus op de behandeltafel terwijl hij iets onsamenhangends uitroept over dat hij zijn hond van de verdrinkingsdood heeft gered.

De pup zit ondertussen rustig om zich heen te kijken en begint enthousiast te kwispelen wanneer hij de glazen pot met koekjes in het oog krijgt. Ik heb sterke twijfels over of deze pup een echt spoedgeval is, maar de man is dusdanig in paniek dat ik het spel een beetje meespeel en het spoedprotocol uitvoer.

Wanneer ik daarmee klaar ben en bevestigd heb dat er niets aan de hand is, is de man gelukkig dusdanig gekalmeerd dat hij eindelijk kan vertellen wat er precies gebeurd is. Terwijl hij zijn verhaal doet, komt een van de assistentes de spreekkamer binnen om zijn gegevens te noteren. Ik zie haar een zeer verbaasde blik op de man werpen. Dan trekt ze haar gezicht weer in de plooi en gaat verder met waarmee ze bezig was.

Ondertussen vertelt de man dat hij vandaag voor het eerst met zijn twaalf weken oude pup een balletje ging gooien. Toen de bal per ongeluk in de sloot raakte, sprong zijn hond er met een grote plons achteraan. Nu kunnen labradorpups prima zwemmen, maar toch raakte de man dusdanig in paniek dat hij zijn kleren uittrok en ook in de sloot sprong. Nadat hij zijn pup 'gered' had, is hij direct in de auto gestapt en naar onze kliniek gereden.

Als ik hem voor de vijfde keer verzekerd heb dat er niets aan de hand is met zijn hond, is de man eindelijk gerustgesteld en loopt de spreekkamer uit. En dan snap ik opeens waarom de assistente net zo vreemd keek.

Blijkbaar is hij door alle commotie vergeten om na zijn frisse duik zijn broek weer aan te doen. Omdat hij tegenover mij aan de behandeltafel stond, was het mij nog niet opgevallen. Maar nu hij de spreekkamer uitloopt heb ik vol zicht... op zijn onderbroek.

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 24 oktober 2016

De verdwenen muis



Ik  loop door de praktijk wanneer ik bijna tegen assistente Annika aan bots. Ze kijkt een beetje zoekend om zich heen als ze aan mij vraagt: "Hee Mique, heb jij de muis gezien?" Niet begrijpend kijk ik haar aan. "Ja, de muis, ik ben hem kwijt. Heb jij toevallig iemand er mee zien rondlopen?"

Ik ben net een kwartiertje aan het werk en ben nog niet in de opname geweest. Ik heb nog geen idee welke patiënten daar allemaal zitten. Maar blijkbaar dus ook een muis, die nu verdwenen is.

Ik krijg onmiddellijk een flashback naar een aantal jaar geleden, toen een kat uit onze opname ontsnapt was (lees het verhaal hier). Ondanks dat we hem weer snel terugvonden, was het een zenuwslopende gebeurtenis. Maar hoe vind je in hemelsnaam zoiets kleins als een muisje weer terug?

"Nou dan zoek ik weer even verder" zegt Annika met een zucht. "Hoop 'm wel snel te vinden, want zonder de muis is het werken op de computer echt onmogelijk."


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!




maandag 10 oktober 2016

Een oppep-prik



Mevrouw de Wit grijpt met haar handen naar haar hoofd, ze zit letterlijk én figuurlijk met haar handen in het haar. Ze is de vaste oppas van Smokey, de kat van haar buren, die nu met vakantie zijn. Smokey is een stokoude kat van bijna twintig jaar die ik ondertussen maar al te goed ken. Hij is namelijk bekend met chronisch nierfalen en een te snel werkende schildklier. Maar met medicatie en ondersteunende voeding gaat het al tijden best goed met de kat. Bij elke controle ben ik weer verrast hoe vrolijk deze bejaarde kat nog is.

Tot nu, want de afgelopen dagen is het sterk bergafwaarts met Smokey gegaan. Zijn gewicht is drastisch gedaald, zijn eetlust is volkomen weg en hij slaapt zo veel en zo diep dat mevrouw de Wit soms denkt dat hij al is overleden. We hebben de behandeling nog op een paar punten aangepast en gekeken of infusen verbetering gaven, maar er zit geen verbetering in de situatie.

De baasjes van Smokey hadden er al min of meer rekening mee gehouden dat dit kon gebeuren, dus bij de laatste controle hebben we al duidelijk afgesproken, dat mocht deze situatie zich tijdens hun vakantie voordoen, dat ze er vrede mee hebben als hij wordt ingeslapen.

Voor de zekerheid bel ik toch even met de eigenaren. Dankzij de hun mobiele telefoon kan ik ze ondanks dat ze in het buitenland zitten, direct bereiken. Ze zijn natuurlijk verdrietig als ik ze vertel over de situatie, maar willen het niet zo voort laten duren tot ze weer terug zijn.

Ook als ik aan de oppas heb uitgelegd dat de baasjes van kat Smokey vrede hebben met de euthanasie, lijkt ze het erg moeilijk te vinden dat het gebeurt terwijl zij nu voor het oude beestje zorgt. Ze kijkt me aan en zegt: "Is er echt niet meer iets wat u kunt doen? Kunt u 'm niet gewoon een Pokon-injectie geven?"

"Een Pokon-injectie?" Niet begrijpend kijk ik mevrouw de Wit. "Ja je weet wel, gewoon even een oppep-prik. Zodat hij net die laatste vijf dagen tot ze weer thuis zijn, even volhoudt."

Ik begrijp de goede intenties van deze mevrouw, maar in tegenstelling tot wat sommige mensen denken, hebben we helaas in onze medicijnkast geen flesjes met wonderspul staan.


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!



maandag 26 september 2016

Herrie in de wachtkamer



Net als ik bloed wil afnemen bij kat Mickey, klinkt er een enorm lawaai uit de wachtkamer. Een zware mannenstem, het hoge gegil van een vrouw en het geluid van stoelen die omver gegooid worden. Terwijl ik naar de wachtkamer spurt, klopt mijn hart in mijn keel. We zullen toch niet overvallen worden?

Als ik enkele seconden later in de wachtkamer sta, zie ik een grote rood aangelopen kerel met zijn Labrador midden in de ruimte staan. Tegenover hem staat een jonge blonde vrouw met eveneens een verhit gezicht, haar Chihuahua houdt ze stevig tegen zich aan geklemd. En daartussen in staat de heldhaftige assistente Emma het briesende koppel uit elkaar te houden.

Als ik vraag wat er aan de hand is, lijkt het stel me niet te horen. Dus ik verhef mijn stem en herhaal luid mijn vraag. Dat heeft tot gevolg dat de man en de vrouw weer op vol volume beginnen te bekvechten. Uit de verwijten, die heen en weer worden geslingerd, begrijp ik dat de twee ex-geliefden zijn. Zonder het van elkaar te weten, hebben ze rond hetzelfde tijdstip een afspraak gemaakt om hun hond te laten vaccineren. Wat tot deze onverwachte confrontatie met veel drama leidde.

De rest van de mensen in de wachtkamer doet alsof ze verdiept zijn in hun tijdschrift of druk bezig zijn met het aaien van hun dier. Maar het is overduidelijk dat iedereen stiekem smult van de soap die zich voor hun neus afspeelt.

Zelf vind ik het iets minder amusant. Hoe zorg ik dat de rust in de wachtkamer weer terugkeert? Ik kan moeilijk van assistente Emma vragen of ze deze twee kemphanen de hele tijd uit elkaar kan houden totdat ik klaar ben met bloedprikken en een van de twee kan helpen.

Gelukkig komt collega Constance net op dat moment aangelopen. Eigenlijk is ze net vrij, maar ze biedt aan om de vrouw, die als volgende aan de beurt zou zijn, nog even te helpen. Dit tot grote opluchting van mij en het ruziënde stel.

Maar de andere mensen in de wachtkamer lijken wel een beetje beteuterd. Blijkbaar is het wachten nu opeens weer een heel stuk saaier geworden...


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!



maandag 12 september 2016

Een rare worm



Tijdens het telefonisch spreekuur:


"Goedemorgen, u spreekt met dierenarts Mique. Wat kan ik voor u doen?"

- "Mijn man heeft ringworm opgelopen, en van de huisarts moeten we nu onze huisdieren ook behandelen. Zijn jullie vanavond geopend? Want dan kom ik lang om wat ontwormings-tabletjes op te halen."

"Nou misschien kunt u beter even een afspraak maken, want..."

- "Een afspraak maken, is dat echt nodig? Want ik wil gewoon even iets tegen wormen ophalen. Dat kan toch gewoon aan de balie?"

"Dat klopt, maar..."

- "Okee, dan kom ik straks even langs voor wat tabletjes".

"Maar mevrouw, ringworm is geen worm. Het is een schimmelinfectie"

- "Oh..."


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!






maandag 29 augustus 2016

Eerlijkheid duurt het langst



Met haar zonnebril nog op stapt de vrouw mijn spreekkamer binnen. In haar kielzog heeft ze haar Labradoodle Duke en een dochtertje van een jaar of tien. Het meisje is nog niet binnen of ze roept uit: "Gadver! Het ruikt hier vies!" Ik wil uitleggen dat dat komt door de ontsmettingsmiddelen die we gebruiken. Maar daar krijg ik de kans niet voor, want ze wijst naar mij en gaat verder: "Jij hebt een streep op je voorhoofd, en je haar zit stom."

Een beetje verbouwereerd werp ik een blik in het weerspiegelende raam . Ik zie dat het operatiemutsje van daarnet inderdaad een afdruk op mijn voorhoofd heeft achtergelaten en tevens ervoor heeft gezorgd dat mijn haar een beetje warrig oogt.

Haar moeder kijkt bijna vertederd naar haar dochter en zegt dan tegen mij. "Is het niet héérlijk hoe oprecht en eerlijk kinderen kunnen zijn?" Ik heb daar zo mijn eigen gedachten over maar besluit het maar zo te laten en me op mijn patiënt te richten.

Wanneer ik haar vraag om hond Duke op tafel te tillen, richt de vrouw zich tot de assistente die toevallig iets in de spreekkamer komt pakken en zegt: "Kun jij dat niet even doen? Duke is in de rui en dit is een vrij kostbare jas". Ik werp de assistente een veelbetekenende blik toe als we samen de hond op tafel zetten.

Gelukkig voor Duke is er niet veel aan de hand. Hij schuurde al een tijdje met zijn kont over de grond en dat blijkt het gevolg van overvolle anaalklieren. Een probleem wat ik gelukkig snel verholpen heb.

De vrouw is erg opgelucht met deze diagnose, ze vertelt me dat ze bang was dat hij last van wormen had. Ik wil net vertellen dat wormen bij de hond zelden jeuk veroorzaken, als haar dochter tussenbeide komt en zegt "Ja, net zoals wij laatst thuis allemaal last van wormpjes hadden, he mam!"

De vrouw heeft haar zonnebril nog steeds op, maar ik voel dat ze haar dochter vernietigend aankijkt. Ik vrees dat ze de eerlijkheid en oprechtheid van haar kind op dit moment een stuk minder waardeert.


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!










maandag 15 augustus 2016

De collega dierenarts



Volgens mijn agenda is de volgende patiënt een oudere kat genaamd Lizzy. Als reden voor de afspraak heeft de assistente genoteerd 'Eigenaar vindt de kat de laatste tijd wat rustiger'.

Dat blijkt een understatement te zijn. Wanneer ik de oudere man de spreekkamer binnenroep, draagt hij een kartonnen doos met daarin de kat. Routinematig werp ik een eerste blik op mijn patiënt en schrik een beetje van wat ik zie. Want de kat ligt zo goed als levenloos in de doos. Het is dat ik nog de ademhaling zie, want anders had ik gedacht dat ze al dood was.

Als ik kat Lizzy voorzichtig uit de doos til om haar te wegen, doet ze eventjes haar ogen open. Maar als ik haar op de behandeltafel zet, zakt apathisch ineen en blijft lusteloos op de tafel liggen. Je hoeft geen dierenarts te zijn om te zien dat hier iets helemaal mis is.

Om erachter te komen wat er aan de hand is, begin ik met een grondig lichamelijk onderzoek en ondertussen stel ik de eigenaar allerlei vragen over Lizzy. Op mijn vraag wanneer ze voor het laatst gevaccineerd is, antwoordt hij dat hij de kat een half jaar geleden nog zelf gevaccineerd heeft. "Maar dat kan helemaal niet." zeg ik een beetje ongelovig. "Alleen dierenartsen mogen dieren vaccineren."

Als hij vervolgens vertelt dat hij zelf dierenarts is, valt mijn mond open van verbazing. De man is ver in de zeventig en niet meer werkzaam in de praktijk. Maar zeker iemand die jaren als dierenarts heeft gewerkt, had toch al eerder moeten inzien dat er iets totaal niet goed gaat met zijn huisdier.

Als ik even later sta te wachten op de uitslag van Lizzy's bloedonderzoek, vertel ik vol ongeloof het verhaal aan een van de assistentes. Die kijkt een beetje bedenkelijk en zegt dan: "Ik heb het idee dat ik dit verhaal al een keer eerder heb gehoord. Dat ging ook over een oude dierenarts wiens dier meer dood dan levend was."

Ik loop naar de dichtstbijzijnde computer en zoek in het patiëntensysteem. "Je hebt gelijk!" zeg ik vol verbazing tegen de assistente. De eigenaar van Lizzy is ruim een jaar geleden bij mijn collega geweest met zijn Yorkshire terriër. In het verslag lees ik dat de hond er destijds zo slecht aan toe was dat we hem direct hebben laten inslapen.

Voor Lizzy blijkt de situatie helaas niet veel beter. Wanneer het bloedonderzoek klaar is blijkt ze in een zeer vergevorderd stadium van suikerziekte te verkeren. Ik bespreek de uitslag met haar eigenaar en leg uit dat we met een intensieve therapie misschien nog iets voor haar kunnen betekenen, maar dat ik haar kansen gering inschat.

Dan vertelt de bejaarde man over hoe hij in zijn eentje de zorg draag voor zijn terminaal zieke broer. En dat hij daardoor misschien wel wat te laat doorhad hoe slecht zijn kat er eigenlijk aan toe was.

Hoewel het de situatie voor mij niet goed praat, verheldert het voor mij wel een hoop. Het is een trieste situatie die alleen maar verliezers kent.

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!






zondag 31 juli 2016

Privé chauffeur



De normaal altijd zo vrolijke Teckel Takkie is vandaag een beetje uit zijn doen. Vanochtend maakte hij een ongelukkige misstap bij een stoepje en gaf een enorme gil. Sindsdien kan hij zijn achterpoten niet meer bewegen.

Na een uitgebreid lichamelijk onderzoek hebben we zeer gegronde vermoedens dat het hier om een acute hernia gaat. Ik bespreek de opties met de man, en al snel beslist hij dat hij Takkie wil laten opereren.

Dat is niet bepaald een operatie die wij op de praktijk kunnen uitvoeren. De teckel moet hiervoor naar een specialistenkliniek. Wanneer ik contact opgenomen heb met het specialistencentrum, krijg ik gelukkig al gauw groen licht. Maar wanneer ik dit aan Takkie's eigenaar vertel, blijkt er een probleem te zijn.

"Ik heb net met mijn werk gebeld, en ik kan echt geen vrij nemen. We zijn bezig met een groot project en mijn baas kan niemand missen. En ik heb geen familie in buurt die 'm zou kunnen brengen." Wanneer we de teleurstelling in zijn ogen zien, komt ons hele team in actie. De assistentes bellen zich een ongeluk, maar het lijkt erop dat we niemand kunnen vinden om Takkie naar de specialistenkliniek te brengen.

"We kunnen de taxicentrale nog proberen?" oppert een van mijn assistentes. En onder het mom 'niet geschoten is altijd mis' bellen we het locale taxibedrijf. De man aan de andere kant van de lijn denkt in eerste instantie dat we een grap met hem uithalen. Maar als hij uiteindelijk door heeft dat we bloedserieus zijn, horen we hem even nadenken voordat hij zegt: "Okee, is goed. Voor 150 euro willen we dat wel doen."

De eigenaar van Takkie hoeft geen moment na te denken over dit voorstel. "Doen!" zegt hij kordaat. Hij overhandigt ons het geld voor de taxi, geeft zijn hond nog knuffel en vertrekt dan gehaast naar zijn werk.

Nog geen tien minuten later staat de taxi voor de deur van onze kliniek. De taxi-chauffeur staat wel vreemd te kijken wanneer de assistente de bench met Takkie op de achterbank van de auto plaatst. Dan moet hij lachen en zegt: "In de dertig jaar dat ik op de taxi zit heb ik veel meegemaakt, maar ik ben nog nooit privé-chauffeur voor een hond geweest!"


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!




maandag 18 juli 2016

De 'zwerfkat'



"Dat is een vervelend abces" zeg ik tegen de eigenaar van de zwart-witte kater. Op zijn wang heeft hij een bloederige wond als gevolg van een open gesprongen bijt-abces. Het ziet er naar uit, maar gelukkig is het goed te behandelen.

"Kan het trouwens kloppen dat we deze kat nog nooit gezien hebben? Ik kan 'm niet in ons patiënten-systeem vinden." vraag ik de man. Hij legt uit dat het een zwerfkat is die al jaren in de buurt rondloopt. Wat me een beetje verbaast, want voor een zwerfkat ziet hij er wel vrij verzorgd en goed doorvoed uit.

Ik heb een gevoel dat hier iets niet helemaal klopt, maar ik kan er niet precies de vinger op leggen. "Okee, dan zet ik hem wel even in de computer als 'zwerfkat', aangezien hij geen naam heeft." besluit ik dan maar. "Maar papa, hij heet toch gewoon Billy?" hoor ik zijn dochtertje zachtjes tegen hem fluisteren. Met een veel betekenende blik maant de man zijn dochter tot stilte. Mijn gevoel dat hier iets niet helemaal in de haak is, wordt alleen maar sterker.

Nadat ik het onderzoek heb afgerond, stel ik een behandeling met antibiotica en pijnstillers voor. Het feit dat de kat tweemaal daags medicatie moet krijgen, lijkt voor de man geen enkel bezwaar te zijn. Hoewel mij dat best lastig lijkt, zo bij een zwerfkat die maar af en toe aan komt lopen. Ik besluit me er niet al te druk over te maken. Toch mooi als mensen zoveel moeite voor een zwerfkat willen doen?

Het is druk in de praktijk en de assistentes zijn allemaal bezig. Dus ik besluit zelf even mee te lopen naar de balie om de medicatie af te geven en af te rekenen. Dan komt opeens de aap uit de mouw. "Betalen?" vraagt de man. "Maar het is toch een zwerfkat! Waarom moet ik daarvoor betalen, jullie houden toch van dieren?"

Dat bedenk ik opeens dat ik iets bijzonder essentieels ben vergeten te checken. Ik sprint naar de spreekkamer en kom terug met de chipreader. Op het moment dat het apparaat in de buurt van de kat zijn nek komt, klinkt er een kort bliepje.

"Oh kijk, hij heeft een chip!" zeg ik. Terwijl ik het nummer in de databank opzoek, hupt de man nerveus van zijn ene op zijn andere been. Enkele seconden later verschijnen de gegevens in mijn scherm en valt alles op zijn plaats. Deze 'zwerfkat' heet namelijk Billy en staat geregistreerd in deze stad. En laat het telefoonnummer nou overeen komen met dat van deze man. Waarschijnlijk was hij even vergeten dat de kat als kitten ooit ergens anders gechipt is. Wanneer ik hem hiermee confronteer weet hij niet hoe snel hij het verschuldigde bedrag moet pinnen en stormt snel de praktijk uit.


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!






maandag 4 juli 2016

Naamsverwarring





Als ik op de klok kijk, zie ik dat mijn vorige consult flink is uitgelopen. Tijd om uitgebreid de gegevens van de volgende patiënten te bekijken heb ik niet, dus werp ik snel een blik in de agenda om te zien wie mijn volgende patiënt is. Volgens het programma krijg ik eerst hond FrouFrou voor de vaccinatie, gevolgd door een hond met braakklachten genaamd Tarzan.   

Wanneer ik de wachtkamer in loop, zie ik een een wat oudere dame met een klein pluizig wit Maltezertje op haar schoot. Iets verderop zit een forse Rottweiler, geflankeerd door een grote man met een zwart leren jack. Zijn jack is bezaaid met metalen studs, net als de halsband van zijn hond.

Ik loop richting de mevrouw en zeg: "Sorry dat u even moest wachten, maar kom verder met Froufrou." De vrouw kijkt me verbaasd aan en zegt dan: "Maar dit is FrouFrou niet hoor." Verbaasd kijk ik de wachtkamer rond of ik niemand over het hoofd heb gezien. Dan staat de man met het leren jack op, wijst naar zijn grote hond en zegt: "Mevrouw! Dít is FrouFrou."



Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!





vrijdag 17 juni 2016

Smakelijk eten!


"Nou en die hond had dus een abces ter grootte van een tennisbal, echt enorm. Toen we het gingen openleggen, gutste de pus echt als een vloedgolf over de tafel!" Het is een drukke dag geweest op de praktijk, en terwijl ik uitgehongerd mijn avondeten opeet, vertel ik mijn vriend over alles wat we vandaag hebben meegemaakt.

"Dus nadat de assistentes de spreekkamer weer een beetje toonbaar hadden gemaakt na die Deense Dog met diarree, kwam er nog een vrouw die een zwerfkitten had gevonden. Leek allemaal prima te gaan, maar toen braakte het kitten op tafel en kwam er echt enorme hoeveelheid spoelwormen uit! Het krioelde echt over de tafel." vertel ik verder, terwijl ik in hoog tempo mijn spaghetti carbonara naar binnen werk.

Mijn vriend roert ondertussen een beetje lusteloos door zijn eten. Het valt me nu pas op dat hij een beetje bleek is weggetrokken. Misschien moet ik mijn verhalen van werk de volgende keer toch maar tot ná het eten bewaren...

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!




zaterdag 4 juni 2016

Extra advies nodig



Mijn werkdag begint met een wondcontrole. Hond Charly is een paar dagen terug gecastreerd maar heeft ondanks voorzorgsmaatregelen toch aan zijn wond kunnen zitten. Tijdens de controle blijkt het gelukkig mee te vallen. Er is wat lokale irritatie, maar verder ziet de wond er keurig uit.

Als Charly weer op de grond staat en afwachtend naar de koekjespot kijkt, staat zijn eigenaar opeens vlak voor me. "Dokter, ik ben recent aan mijn blinde darm geopereerd, en nu ziet het er niet helemaal goed uit. Wat moet ik doen?" Voordat ik het door heb, heeft hij zijn shirt opgetild en kijk ik tegen zijn ontblote bovenlichaam aan.

En geloof me, als dierenarts ben ik niet snel van mijn stuk gebracht door bloed, pus of ontlasting. Maar de aanblik van zijn vlezig buik met een zwerende wond, vind ik toch een beetje misselijkmakend. Terwijl ik subtiel mijn blik probeer af te wenden, leg ik uit dat hij voor dergelijk advies beter contact kan opnemen met zijn huisarts. Dan laat hij gelukkig zijn shirt weer zakken.

Want ook al draag ik een witte jas, ik bemoei me niet met het genezen van mensen. En in sommige gevallen ben ik daar stiekem best blij om ;).

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!




maandag 30 mei 2016

Alles vastgelegd


Wanneer ik de deur van mijn spreekkamer open om de volgende patiënt binnen te roepen, zie ik in mijn ooghoek een lichtflits. Ik kijk snel naar buiten of het plotseling is gaan onweren, maar het is nog steeds een stralend zonnige dag.

Dan zie ik dat een stel is opgestaan en met een kattenmandje mijn kant opgelopen komt. Wanneer ik zie dat de man een spiegelreflex-camera met flinke flitser om zijn nek heeft hangen, snap ik opeens waar die lichtflits vandaan kwam. Als ze even later in de spreekkamer tegenover me staan en ik hun kat Pluisje uit haar transportmandje haal, hoor ik de camera driftig klikken. Zelfs ik me even omdraai om de kat op de weegschaal te zetten, loopt de man met me mee en maakt foto's vanuit diverse hoeken.

Ook tijdens het lichamelijk onderzoek van Pluisje wordt elke handeling van mij op de gevoelige plaat vastgelegd. Zelf begin ik me ondertussen een beetje ongemakkelijk te voelen. Het gebeurt regelmatig dat mensen even een foto maken van hun dier in de wachtkamer of op de behandeltafel, maar dat elke minuut van het dierenartsbezoek minutieus wordt vastgelegd, heb ik nog nooit eerder meegemaakt. Door het constante geklik van de camera zou je bijna denken dat er een paparazzi-fotograaf in de spreekkamer staat.

Blijkbaar heb ik tijdens deze overpeinzingen wat verstoord gekeken, want de man wijst naar zijn camera en legt uit: "Ja ik maak een foto-documentaire over ons leven, dus alles wat we doen, leg ik vast op camera." Hij voegt er nog aan toe dat hij me niet herkenbaar in beeld zal brengen, maar dat maakt niet dat ik me minder ongemakkelijk over deze situatie voel. Toch laat ik het begaan.

Maar als ik wil bloedprikken en de man met zijn zoom-lens bijna de naald uit mijn handen slaat is de maat voor mij vol. Ik verzoek hem vriendelijk doch dringend om te stoppen met het maken van foto's. Hoewel hij het er duidelijk niet mee eens is, bergt hij toch zijn camera op. 

Na het consult sta ik nog een beetje verbluft dit voorval te overdenken als mijn collega de spreekkamer binnen komt stappen. "Hee Mique, ik ben bezig met een berichtje voor op onze Facebookpagina. Heb jij misschien nog een leuke foto van een patiënt?" Ik schud van nee, maar weet wel iemand die er misschien nog wel een paar heeft.

Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!




maandag 16 mei 2016

Een gevoelig onderwerp



Golden retriever Joep komt de spreekkamer binnengelopen. Nou ja lopen, eigenlijk is het meer waggelen wat deze hond doet. Want met zijn gewicht van 43 kg was hij al veel te zwaar. En nu blijkt dat hij weer drie kilogram is aangekomen.

Ik weet dat ik dit onderwerp zal moeten aankaarten, maar om eerlijk te zijn zie ik er een beetje tegenop. Want Joep is niet de enige binnen dit gezin met ernstig overgewicht, zijn eigenaren kampen overduidelijk met hetzelfde probleem. En tijdens eerdere bezoeken kreeg ik het idee dat ze zich persoonlijk aangevallen voelden op het moment dat ik de risico's van Joep's overgewicht besprak.

Ik schuif dit gespreksonderwerp nog even voor me uit en laat de behandeltafel zakken zodat Joep erop kan stappen. Hoewel het maar een klein opstapje is, heeft hij er zichtbaar moeite mee. De hond is nog geen drie jaar oud, maar beweegt zich moeizamer dan menige oude hond.

Terwijl ik de oren van Joep nakijk, hoor ik opeens een vreemd geluid. Het lijkt of er allemaal knikkers over de vloer van de praktijk stuiteren. Het blijkt het zoontje van het stel te zijn. Het zesjarige jochie houdt in zijn ene hand een grote zak M&M's vast, welke hij met zijn andere hand in z'n mond propt. Dat ging blijkbaar niet helemaal goed en nu ligt de grond van de praktijk bezaaid met M&M's.

Wanneer ik de hond heb nagekeken en gevaccineerd, laat ik de behandeltafel zakken zodat Joep eraf kan stappen. Ik vertel de eigenaren dat ik geen ernstige afwijkingen heb gevonden tijdens het lichamelijk onderzoek. Dan haal ik even diep adem, recht mijn rug en begin voorzichtig: "Maar, zijn gewicht is wel een punt van aandacht. Joep is echt te zwaar en loopt hierdoor flinke gezondheidsrisico's."

"Beginnen jullie daar nu wéér over" antwoordt de vrouw vrouw gepikeerd. "Hij krijgt al bijna niets te eten hoor!" Als ik daar voorzichtig tegenin breng dat hij in korte tijd drie kilogram aangekomen is, maakt dat weinig indruk. "Dat was met halsband, en hij moet weer nodig getrimd worden. Door die volle vacht is hij nu ook een stuk zwaarder hoor!" werpt de vrouw tegen.

Joep staat ondertussen verwachtingsvol naar de pot met hondenkoekjes te kijken. De man ziet het en voordat ik doorheb wat er gebeurt, doet hij een flinke graai in de pot en voert een handvol koekjes aan de hond.

Ik ben vrij strijdlustig, maar ik denk niet dat ik de discussie nog een keer aan wil gaan. Dus overhandig ik ze het ingevulde vaccinatieboekje en zeg ze gedag. Ik draai me om en wil naar de computer lopen, om vervolgens bijna mijn nek te breken over een rondslingerende M&M.


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


zondag 8 mei 2016

Troosten


"Kom maar bij papa staan Sem, dan houd ik je wel vast." zegt de man terwijl hij zijn zoontje troostend dicht tegen hem aan trekt. Het jongetje wurmt zich weer los en komt dichterbij de tafel staan. "Ik wil hier staan pap, anders kan ik het toch niet zien!" zegt hij opgewekt.

Het is donderdagmiddag en we staan met z'n drieën in de euthanasie-ruimte van onze praktijk. Op de tafel ligt kat Bert rustig in zijn mandje. Begin deze week hebben we ontdekt dat Bert een tumor in zijn buik heeft die we niet operatief kunnen verwijderen. Omdat de eigenaren merkten dat zijn eetlust snel afnam en hij zich terug begon te trekken, zijn ze nu bij ons om hem in te laten slapen.

Een euthanasie van een huisdier is natuurlijk nooit een vrolijke aangelegenheid, maar het jochie lijkt het vooral reuze interessant te vinden. Terwijl zijn vader met betraande ogen kat Bert aait, stelt het jongetje geïntrigeerd de ene na de andere vraag aan mij. "Waar ga je de prik dan geven? Waarom is dat spul rood? Hoe weet je straks of Bert wel écht dood is?" Terwijl ik rustig zijn vragen beantwoord, zie ik dat zijn vader het steeds zwaarder krijgt. Hij probeert in alle macht zijn tranen tegen te houden, maar er rolt er toch eentje over zijn wang. Zijn zoontje vertelt ondertussen opgewekt tegen mij dat ze Bert straks in de tuin gaan begraven: "Net als bij Ernie, dat was mijn andere kat en die moesten we vorig jaar ook begraven."

Terwijl ik bezig ben met de euthanasie volgt het jongetje met grote belangstelling alles wat ik doe. Ik vind het interessant om te zien hoe sommige kinderen zoiets als een soort mini-wetenschappertjes benaderen. Waarschijnlijk komt het verdriet later, maar op het moment lijkt hij meer een steun voor zijn vader dan andersom.

Hoe stoer het jochie is, blijkt wanneer ik vastgesteld heb dat de kat is overleden. Wanneer zijn vader -zichtbaar aangedaan- de kat voor de laatste keer aait, pakt zijn zoontje zijn hand vast en fluistert geruststellend tegen hem: "Niet verdrietig zijn hoor papa, hij gaat nu naar Ernie toe!"


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 2 mei 2016

Social media spoed



Na een drukke periode op de praktijk geniet ik des te meer van mijn citytrip naar Londen. Het is een leuke maar vermoeiende dag geweest als we weer terugkomen op de hotelkamer. Ik plof languit op het bed neer en pak mijn telefoon erbij. Die heeft blijkbaar connectie gemaakt met de wifi van het hotel, want er druppelen diverse berichtjes binnen. Naast wat Whatsappjes van vrienden en familie, krijg ik ook een melding dat er berichten op de Facebookpagina van de praktijk zijn binnengekomen.

Nieuwsgierig bekijk ik de berichtjes. Mevrouw de Koning heeft een foto gestuurd van het nest van haar labrador Lara. Ze laat weten dat alles goed gaat met de pups. Het tweede berichtje is van mijnheer Braams, hij bedankt ons voor alle goede zorgen en het condoleance-kaartje wat we na het overlijden van zijn kater Kees hebben verstuurd. 

Ik klik door naar het volgende bericht. De naam herken ik niet meteen, maar dat verbaast me niet. In een dierenartsenpraktijk ken je natuurlijk niet iedereen bij naam. Maar wanneer ik het bericht heb geopend kijk ik stomverbaasd naar de tekst:

Hallo ik heb een vraag me hond is denk ik benouwd want hij heeft de hele tijd ze bek open. Wat moet ik nou doen???

Ongelovig schud ik met mijn hoofd. Een benauwde hond kan een ernstig spoedgeval zijn. Dan bel je toch met je dierenarts in plaats van contact via Facebook op te nemen? Social media is een heel leuk medium, maar niet voor spoedeisende zaken!

Het profiel van de afzender is afgeschermd, maar ik kan wel herleiden dan hij uit compleet andere regio komt dan waar onze praktijk gevestigd is. Als je bezorgd bent om je dier, waarom zou je een berichtje sturen naar een willekeurige dierenarts aan de andere kant van het land? Ik kan er met mijn hoofd niet bij...

Dan zie dat het berichtje ruim zes uur geleden is verstuurd, Ik hoop dat de man ondertussen zelf heeft bedacht dat het handiger is om even met zijn dierenarts te bellen. Maar zeker weten zal ik het nooit. Want op mijn berichtje met dit advies, kwam nooit een reactie terug. 


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 25 april 2016

Hij is nooit ziek



Als ik het lichamelijk onderzoek van maltezer Luca heb afgerond, slaak ik een zucht. Ik kijk naar de hond en om heel eerlijk te zijn weet ik niet waar ik moet beginnen. Want Luca heeft niet alleen een akelig slecht gebit en twee chronisch ontstoken oren, maar daarnaast ook nog een fikse hartruis. Door de artrose kan hij zich maar moeizaam bewegen en hij is behoorlijk mager. Aangezien zijn eigenaren lieten vallen dat hij opvallend veel drinkt, zou het me niet verbazen als zijn lever of nieren ook niet helemaal goed meer functioneren.

Omdat dit niet klachten zijn die in de afgelopen twee weken zijn ontstaan, kijk ik snel in de computer wanneer we de hond voor het laatst gezien hebben. Het blijkt in 2008 geweest te zijn.

Het is al een tijdje geleden dat we Luca voor het laatst gezien hebben." begin ik voorzichtig, om vervolgens de klachten op een rijtje te zetten. "Zijn jullie misschien in de tussentijd bij een andere dierenarts voor deze problemen geweest?" probeer ik nog, ze zouden immers niet de eerste zijn die bij meerdere dierenartsen komen.

De vrouw schudt haar hoofd en zegt: "Nee, we zijn inderdaad al een tijdje niet meer bij een dierenarts geweest. Maar Luca heeft eigenlijk nooit iets." Ik kijk naar het magere hondje met al zijn klachten, en ben het niet bepaald met haar uitspraak eens.

"Kijk, hij liep wel vaak met zijn kop te schudden en hij wil al sinds vorige zomer geen harde brokjes meer eten. Maar ja, hij piepte niet, dus het leek ons niet dat hij pijn had." gaat de vrouw verder. Ik maak nog een voorzichtige opmerking over het vermageren en het feit dat Luca nauwelijks nog meer een blokje om kan lopen, maar dat wordt met een "Ja, maar dat is de ouderdom." afgewimpeld.

Dan doet haar man zijn mond open en zegt: "Luca is gewoon op. We willen hem laten inslapen."

Dit verzoek had ik natuurlijk al zien aankomen. En eigenlijk denk ik dat het in dit stadium voor de hond misschien wel het beste is. Al Luca's problemen zijn in principe prima te behandelen, maar de optelsom van alles bij elkaar maakt het vrij lastig. Als ze toch maar eerder waren gekomen!

Terwijl deze gedachten door mijn hoofd razen, begint de vrouw zachtjes te snikken. Haar man zie ik ook verwoede pogingen doen om zijn tranen weg te slikken. Ik realiseer me dat het echt geen opzet van hun kant is. Ze houden oprecht van hun hondje Luca, maar door onwetendheid hebben ze niet doorgehad wat er allemaal aan de hand was. Tot nu, en nu is het eigenlijk een beetje te laat.

Ik sta voor een dilemma. Van de ene kant zou ik ze willen vertellen dat wanneer ze jaarlijks op gezondheidscontrole bij een dierenarts waren geweest, we een hoop van deze problemen in een vroeg stadium hadden kunnen oplossen. Of in ieder geval beter hadden kunnen behandelen. Zo hadden we Luca een hoop pijn en ellende kunnen besparen.
Maar van de andere kant zie ik hun verdriet en vraag me af of dit het juiste moment voor een donderpreek over het nut van gezondheidscontroles is. Schiet ik er iets mee op om ze tijdens het inslapen van hun hond ook nog eens met een enorm schuldgevoel op te zadelen?

Toch besluit ik om voorzichtig het onderwerp nog even aan te snijden. Niet meer voor Luca, maar voor hun volgende hond.


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


zondag 17 april 2016

Onmogelijk


Wanneer blijkt dat poes Liesje in korte tijd bijna een kilo is aangekomen, schrik ik een beetje. Met haar negen maanden leeftijd is ze nog in de groei, maar ze is ondertussen al behoorlijk mollig geworden. Omdat ze nog niet gesteriliseerd is, vraag ik na of ze misschien door een kater gedekt kan zijn.

"Zeker niet!" verzekeren haar eigenaren me, "Ze komt nog niet buiten en het kan ook niet door onze kater Willem komen, want die is besneden."


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!

maandag 11 april 2016

Onbereikbaar



De Jack Russel genaamd Tommie kijkt een beetje sip uit zijn ogen. En dat is te begrijpen, want uit de röntgenfoto's die wij net gemaakt hebben, blijkt dat er iets vast zit in zijn darmen. Helemaal zeker weten we het niet, maar we vermoeden dat het een van de kastanje is waar hij volgens zijn baasje vaak mee speelt.

Terwijl de assistentes druk bezig zijn om de operatiekamer in gereedheid te brengen, spreek ik de laatste details met zijn eigenaresse door. Als gevolg van de obstructie van zijn darm heeft Tommie de afgelopen dagen geen voedsel binnen kunnen houden, dit heeft hem flink verzwakt en maakt de ingreep niet bepaald zonder risico. Als ik haar telefoonnummer gecontroleerd heb, druk ik haar daarom op het hart om goed bereikbaar te zijn voor het geval dat we iets willen overleggen.

Een ruim half uur later heb ik de buik van hond Tommie geopend en onderzoek de darmen. Het duurt niet lang voordat we de obstructie hebben gevonden. Het blijkt inderdaad een kastanje te zijn die alle ellende heeft veroorzaakt. Wanneer we de rest van de darmen en de maag langslopen om ons ervan te verzekeren dat we niets hebben gemist, zie ik opeens een afwijkend plekje op een van de leverlobben. Ik vertrouw het voor geen meter en vraag een van de assistentes om zijn eigenaresse te bellen en te vragen of het goed is dat we een biopt nemen. Ik wil graag uitsluiten dat het een tumor is.

Na vijf minuten steekt de assistente haar hoofd weer om de deur van de operatie-ruimte en verzucht: "Ik heb zowel het vaste als het mobiele nummer meerdere keren gebeld, maar ze neemt niet op. En er is ook geen voicemail of antwoordapparaat wat ik kan inspreken."

Ik zucht geërgerd, ik had haar immers nog zó gevraagd om bereikbaar te zijn. Ik besluit om toch het biopt te nemen, want als later blijkt dat ze het toch gewild had, dan zou Tommie nogmaals geopereerd moeten worden.

De operatie verloopt verder zonder noemenswaardige bijzonderheden en tot mijn opluchting komt de hond vrij vlot bij uit de narcose. Het is duidelijk een Jack Russel met karakter, want ondanks dat hij een pittige operatie operatie heeft gehad, blaft hij er al weer snel lustig op los.

Als ik de eigenaresse wil bellen om het goede nieuws over de operatie te vertellen, blijkt ze in gesprek. Ik probeer het vijf minuten later nogmaals, maar de lijn is nog steeds bezet. Als ik even later wederom bel en weer de 'in gesprek' toon krijg, komt de stoom uit mijn oren en gooi ik geïrriteerd de hoorn op de haak.

Die irritatie kan ik ook moeilijk onderdrukken als ze een kwartier later eindelijk terugbelt om te vragen hoe het met haar hond is. Over het feit dat we haar niet konden bereiken doet ze zelf heel luchtig.

Later die week heb ik avonddienst, en belt dezelfde mevrouw om elf uur 's avonds omdat ze een dringende vraag heeft over de medicatie van Tommie. Gelukkig zijn wij wél goed bereikbaar.


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


maandag 28 maart 2016

Een dierbaar bezit



Als dierenarts is het hebben van een sterke maag over het algemeen geen overbodige luxe, zo ook deze ochtend. De tweede afspraak is namelijk een Boerboel die een konijnen-knuffel heeft opgegeten. Uit de röntgenfoto blijkt dat de knuffel nog in de maag zit, dus ik besluit om de hond te laten braken. Dit in de hoop dat het knuffeltje er op deze manier uit komt en we niet tot chirurgie over hoeven te gaan.

Niet veel later sta ik samen met de eigenaresse van Beer en haar dochtertje in de spreekkamer. Een deel van de vloer heb ik al afgedekt met absorberende matjes als ik hem een injectie geef om het braken op te wekken. Het duurt niet lang voordat Beer zich zichtbaar misselijk begint te voelen.

Wanneer niet veel later de maaginhoud van Beer het afgedekte deel van de vloer is terechtgekomen, blijkt ook het knuffelkonijntje meegekomen te zijn. "Yes!" roept de vrouw uit de grond van haar hart. "Ze is eruit!" Ik bedenk dat ik toch best een bijzonder beroep heb. Want in welk vak maak je nou mee dat mensen boven een berg braaksel staan te juichen?

Blij met de goede afloop wil ik troep opruimen, als de vrouw opeens "Wacht!" uitroept. Ik kijk haar verbaasd aan. "Zou ik het knuffeltje toch mee naar huis kunnen nemen?" vraagt ze, terwijl ze een beetje bloost. Ik kijk bedenkelijk naar het knuffeltje tussen de half verteerde voedselresten. "Is dit de lievelingsknuffel van uw dochter?" vraag ik terwijl ik met een handschoen voorzichtig het afgeknuffelde konijntje uit de viezigheid vis en in een plastic zakje doe. De vrouw kleurt nog een tint roder en zegt met zachte stem een beetje beschaamd: "Nee. Pluisje is van mij..."


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!


Bron afbeelding

zondag 20 maart 2016

In paniek



Als ik de telefoon opneem, duurt het even voordat ik de vrouw aan de andere kant van de lijn goed kan verstaan. De eerste dertig seconden hoor ik namelijk alleen maar een heftig snikken. Als ze zich uiteindelijk een beetje herpakt heeft, begrijp ik uit haar verhaal dat haar kat Pommie plotseling niet meer kan lopen.

Ik schat in dat het nu niet heel zinvol is om telefonisch meer informatie uit haar te krijgen. Dus vraag ik haar om direct naar de kliniek te komen, maar druk haar wel op het hart om voorzichtig te doen op de weg. Want aan haar stem te horen zou ze het liefst met 100 km/h naar de praktijk scheuren.

Een kwartier later staat ze met haar dochter in mijn spreekkamer, het mandje met de jonge kater Pommie houdt ze stevig tegen haar borst geklemd. De dikke mascara-strepen op haar wangen verraden dat er al menig traan gevloeid is.

De kat is duidelijk minder van slag, want wanneer ik het deurtje van het mandje open maak, steekt hij brutaal zijn kop eruit. Nog voordat ik hem kan pakken, komt hij zelf al het mandje uit lopen en kijk op zijn gemak een beetje om zich heen.

Eenmaal uit het mandje observeer ik de kat die voor mij op de tafel staat. De ondervoet van zijn linker achterpoot is flink gezwollen en het is duidelijk dat hij daar liever niet op staat. De kat is flink kreupel, maar toen mij aan de telefoon werd verteld dat hij niet meer kon lopen had ik me eigenlijk toch iets ernstigers voorgesteld.

Terwijl ik samen met de assistente de poot onderzoek vinden we twee kleine gaatjes. Precies het formaat van de hoektanden van een andere kat. Op dat moment begint de vrouw hartverscheurend te snikken. Een beetje verwonderd kijk ik op. "Ze is bang dat hij ingeslapen moet worden" verduidelijkt de dochter het verdriet van haar moeder.

Aangezien kat Pommie enkel een ontstoken poot  heeft als gevolg van een bijtwond en verder blaakt van gezondheid, lijkt me dat niet bepaald aan de orde. Dus ik leg zijn eigenaresse uit wat er aan de hand is, en dat we dit over het algemeen prima kunnen genezen met antibiotica en pijnstilling. Beetje bij beetje lijkt ze een wat meer gerustgesteld te worden. Nadat alle instructies over de medicatie doorgenomen zijn, nemen we afscheid.

Maar net voordat de deur van de spreekkamer dichtvalt, draait de vrouw zich nog een keer om, kijkt me doordringend aan en vraagt nog een steeds beetje ongelovig: "Dus hij gaat écht niet dood?"


Nooit meer een blog missen? Volg me dan op Facebook!